– Raad van discipline Amsterdam, 14 januari 2014, zaak nr. 13-237A, ECLI:NL:TADRAMS:2014:9.
– Zorg voor de cliënt; gedragsregel 24.
– Advocaat mag er niet zonder nader onderzoek vanuit gaan dat klager niet voor gefinancierde rechtsbijstand in aanmerking komt.

Voor een procedure tegen een aannemer wendde klager zich tot mr. X, mede namens zijn echtgenote en zijn schoonmoeder. Bij afzonderlijke brieven aan ieder van hen bevestigde mr. X de aan hem verstrekte opdracht en noemde hij zijn uurtarief. Klager, zijn echtgenote en zijn schoonmoeder ondertekenden de opdrachtbevestigingen, waarna klager een voorschot betaalde. Mr. X stuurde vervolgens declaraties voor verrichte werkzaamheden.

Klager erkende dat de bedragen van deze declaraties verschuldigd waren, maar betaalde ze niet. Na incassomaatregelen heeft klager zijn klacht ingediend.

Een opvolgend advocaat verkreeg een toevoeging voor de procedure tegen de aannemer. De klacht houdt onder andere in dat mr. X geen toevoeging voor klager heeft aangevraagd terwijl klager wel voor gesubsidieerde rechtsbijstand in aanmerking kwam.

De raad overweegt dat ook een advocaat die geen zaken op toevoegingbasis behandelt, de verplichting heeft een (toekomstige) cliënt er op te wijzen dat deze mogelijk in aanmerking komt voor gefinancierde rechtsbijstand. Deze verplichting geldt niet alleen bij het openen van een nieuwe zaak, maar ook bij de voortzetting of de heropening daarvan door een (opvolgend) advocaat. Bij het nakomen van deze verplichting zal de advocaat een grote mate van zorgvuldigheid moeten betrachten. Tenzij een advocaat goede redenen heeft om aan te nemen dat zijn cliënt niet in aanmerking kan komen voor door de overheid gefinancierde rechtshulp, is hij verplicht met zijn cliënt aan het begin van de zaak en verder telkens wanneer daartoe aanleiding bestaat, te overleggen of er termen zijn om te trachten door de overheid gefinancierde rechtshulp te verkrijgen.

De raad kan achteraf niet vaststellen – en dat is ook niet zijn taak – of klager daadwerkelijk voor een toevoeging in aanmerking zou zijn gekomen. De raad dient slechts te beoordelen of mr. X op goede gronden heeft aangenomen dat klager niet voor gefinancierde rechtsbijstand in aanmerking kon komen.

Waarschuwing.

 

Download artikel als PDF

Advertentie