Staatssecretaris Fred Teeven (Veiligheid en Justitie, VVD) acht een scenario waarin de helft van de sociale advocatuur binnen twee jaar geen zaken op toevoegingsbasis meer zal aannemen niet realistisch. Dat antwoordt hij op Kamervragen van Michiel van Nispen (SP).
Het Advocatenblad berichtte op 8 januari dat 52 procent van de advocaten die ingeschreven staan bij de Raad voor Rechtsbijstand verwacht binnen twee jaar niet meer werkzaam te zijn in de sociale advocatuur. Met alle doorgevoerde en voorgestelde bezuinigingen achtten zij hun praktijk niet meer rendabel. SP-Kamerlid Van Nispen stelde Teeven op 15 januari enkele vragen naar aanleiding van dit bericht.
Teeven antwoordt nu dat wat hem betreft niet duidelijk in hoeverre het onderzoek representatief is. Volgens Teeven is er onduidelijkheid over de achtergronden van de groep respondenten en de groep die niet heeft gereageerd. Onderzoeksbureau Ipsos benaderde alle 9058 advocaten die ingeschreven staan bij de Raad voor Rechtsbijstand en 1652 advocaten (18 procent) reageerde. Statistisch gezien lijkt dit een betrouwbare afspiegeling van de doelgroep, maar Teeven is daar dus niet van overtuigd.
Verder stelt Teeven dat de respondenten hun toekomstverwachtingen beoordeelden op basis van de maatregelen die er eind 2014 lagen. Teeven wijst erop dat hij de Tweede Kamer en de senaat heeft geïnformeerd over de procedure voor de maatregelen die hij per 2016 beoogt te treffen. De staatssecretaris heeft een eerste AMvB met bezuinigingen per 1 februari in laten gaan. Mogelijk wijzigt hij deze maatregel later nog. Dat hangt af van de uitkomst van een nieuw onderzoek naar de gestegen kosten van de rechtsbijstand. De Eerste Kamer vroeg Teeven een commissie daartoe in te stellen. Ook is Teeven gestopt met voorbereiden van het wetsvoorstel tot stelselvernieuwing.
‘Een scenario waarin binnen twee jaar tijd de helft van de thans ingeschreven advocaten bij de raad voor rechtsbijstand geen zaken op toevoegbasis meer zal aannemen acht ik niet realistisch,’ antwoordt de staatssecretaris verder nog. Hij ziet zelfs een toename in het aantal advocaten dat op basis van toevoeging werkt. Advocaten werkzaam in de sociale advocatuur gaven in de enquête aan moeite te hebben om meer betalende klanten te vinden. Teeven weet niet waarom het hen niet zou lukken hun diensten aan te bieden op de commerciële markt.
De zorg dat de bezuinigingen hebben geleid of zullen leiden tot verlies van noodzakelijke kwaliteit deelt Teeven niet. ‘ De huidige basisvergoeding van € 105,61 per punt is voldoende om rechtsbijstand van goede kwaliteit te kunnen bieden,’ schrijft hij. Ook in het systeem is kwaliteit voldoende gewaarborgd met de inschrijfvoorwaarden van de Raad voor Rechtsbijstand meent Teeven. Daarnaast verwacht hij dat het kwaliteitstoezicht door de NOvA, dat in 2016 in werking zal treden, bij zal dragen aan de kwaliteit.
Nathalie Gloudemans-Voogd