Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie, VVD) belooft de Tweede Kamer beterschap bij de bestraffing van verdachten door het OM zelf. Als er geen rechtsbijstand van een advocaat is, zullen er voorlopig geen boetes meer worden opgelegd door officieren van Justitie.
De minister reageert in een brief aan de Kamer op een kritisch rapport van de procureur-generaal (PG) bij de Hoge Raad over de strafbeschikkingen van het OM. De PG constateerde dat in acht procent van de veroordelingen in de zogenaamde ZSM-zaken er onvoldoende bewijs was van schuld van verdachten.
Opstelten schrijft nu dat OM en politie maatregelen zullen nemen waardoor de vaststelling van schuld ‘altijd zorgvuldig plaatsvindt en ook gecontroleerd kan worden’. Bewijs dat naderhand niet reproduceerbaar is, mag ook niet gebruikt worden.
De procureur-generaal van de Hoge Raad constateerde ook dat verdachten niet altijd worden gewezen op de mogelijkheid van rechtsbijstand, zeker niet als het om jeugdige verdachten gaat. Het OM heeft inmiddels besloten dat als er geen advocaat beschikbaar is, er geen strafbeschikkingen meer worden uitgevaardigd in die gevallen waarin verdachten later niet meer naar de rechter kunnen stappen. In de praktijk gaat het dan om geldboetes.
Bert Fibbe, portefeuillehouder strafrecht van de Algemene Raad van NOvA, vindt de maatregelen van Opstelten een ‘goede ontwikkeling’. ‘Maar daarmee zijn we er nog niet.’ Volgens Fibbe moet een verdachte in ZSM-zaken altijd contact kunnen hebben met een advocaat alvorens hij of zij afstand doet van rechtsbijstand. Verder pleit hij ervoor dat de minister niet alleen investeert in rechtsbijstand, maar ook meer geld beschikbaar stelt aan politie en justitie om de ZSM-zaken goed af te doen.
In mei lopen er een aantal experimenten af met rechtsbijstand van advocaten in ZSM-zaken. Minister Opstelten komt dan mogelijk met nieuwe maatregelen.
Maarten Bakker