In digitale civiele procedures blijkt nog steeds plaats voor de fax te zijn. Partijen die procederen bij de eKantonrechter, die online geschillen behandelt tussen burgers en/of bedrijven over wonen, werken en winkelen, kunnen op dit moment slechts zes verhinderdata doorgeven in het systeem. De oplossing als er meer verhinderdata zijn: het indienen van het verzoekschrift uitstellen of meer dagen doorfaxen.
De eKantonrechter behandelt eenvoudige geschillen, waarbij partijen samen moeten beslissen dat ze de zaak willen voorleggen aan de eKantonrechter en afzien van hoger beroep. Afgezien van een mondelinge zitting, wordt de zaak volledig digitaal afgehandeld, vermeldt de informatiepagina op rechtspraak.nl. Toch blijkt de informatie-uitwisseling niet altijd volledig online plaats te vinden.
Om de datum van de zitting te plannen krijgen partijen een aantal data te zien in het tijdvak waarin de zitting waarschijnlijk zal plaatsvinden; meestal drie tot zes weken na indiening van het verzoekschrift. Zes van die dagen kunnen als verhinderdata worden opgegeven. ‘Op die twintig dagen die je te zien krijgt, heb je vaak meer verhinderdata,’ vertelt een advocaat die voor het eerst een procedure bij de eKantonrechter startte. ‘Om die door te geven moest ik alsnog een fax sturen.’ De Raad voor de Rechtspraak laat weten dat in die gevallen het advies luidt indiening van het verzoekschrift uit te stellen tot een tijdvak met minder verhinderdata.
Ook in reguliere civiele procedures maakt de fax een comeback. De Hoge Raad bepaalde op 17 april dat stukken die voor 24.00 uur van de laatste dag van de lopende termijn naar de griffie gefaxt worden, gelden als ingediend binnen de termijn. Bepalingen in procesreglementen die het gebruik van de fax beperken, verklaarde Hoge Raad onverbindend.
Nathalie Gloudemans-Voogd