Niet om trots op te zijn, maar Nederland is koploper wat betreft het aantal taps dat jaarlijks gelegd wordt. Uit cijfers van het Openbaar Ministerie blijkt dat wij hier (17 miljoen inwoners) net zo veel tappen als in heel de Verenigde Staten (320 miljoen inwoners). Het in 2011 ingevoerde systeem van nummerherkenning biedt bescherming als het OM advocaten wil aftappen. Maar niet als veiligheidsdiensten advocaten willen afluisteren.

Die diensten hebben grote vrijheid zolang het middel in verhouding staat tot het beoogde doel. Voor het afluisteren van advocaten gelden wel wat beperkende criteria, zoals verkorting van de termijn voor toestemming van de minister tot één maand in plaats van de gebruikelijke drie maanden. Maar die beperkingen hebben niet veel om het lijf. Uit de door advocatenkantoor Prakken d’Oliveira gevoerde klachtenprocedure over het handelen van de AIVD zou immers de conclusie kunnen worden getrokken dat advocaten van dit kantoor jarenlang zijn afgeluisterd. Met welk beoogd doel en op grond waarvan was de inzet van dit middel gerechtvaardigd? Dat schrijft de commissie die toezicht houdt niet. Wel dat de AIVD het beleid ten aanzien van het indirect tappen van advocaten (als cliënten targets van de AIVD zijn) op schrift moet stellen. Maar wat brengt ons dat? Niet dat wij ons geen zorgen meer hoeven te maken. Waar het om gaat is dat de door ons in acht te nemen wettelijke geheimhoudingsplicht wordt bedreigd door de afluisterpraktijken van veiligheidsdiensten. Dat deze diensten ons land veiliger willen maken ondersteunen wij, maar niet ten koste van onze geheimhoudingsplicht. Dat deze plicht kan worden ingeperkt door de minister zonder externe toetsing is onbestaanbaar. Het standpunt van de NOvA is dan ook dat de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 moet worden uitgebreid met een voorafgaande toets door de rechter als de veiligheidsdiensten hun bevoegdheden willen inzetten tegen advocaten. De NOvA heeft onlangs te kennen gegeven hierover het gesprek aan te willen gaan met de verantwoordelijk minister, Jeanine Hennis-Plasschaert van Defensie. Daarvoor is steun van iedere advocaat van belang. Want denk niet dat alleen advocaten die mogelijke terroristen verdedigen worden getapt.

Download artikel als PDF

Advertentie