GIJZELING EN TERMIJNBETALINGEN WET MULDER
STATUS Brief van 29 april 2015 van de staatssecretaris van V&J aan de Tweede Kamer bij Wetsvoorstel 34 086 (Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen).
INHOUD In de brief meldt de staatssecretaris dat de wettelijke grondslag voor termijnbetalingen voor Wahv-beschikkingen vanaf 225 euro zal worden geregeld bij nota van wijziging bij Wetsvoorstel 34 086 (zie Advocatenblad januari 2015). In afwachting daarvan zal hij de mogelijkheid van termijnbetalingen – als interimmaatregel – bieden aan iedereen die vanaf 1 juli aanstaande een Wahv-beschikking van 225 euro of hoger krijgt. Het betreft naar schatting 375.000 personen per jaar. ‘Hiermee wordt in een vroegtijdig stadium een voorziening geboden voor personen die een dergelijke financiële sanctie wel willen, maar niet ineens kunnen betalen en kan de inzet van ingrijpende maatregelen, zoals gijzeling, worden voorkomen.’
Recent wezen (kanton)rechters vele gijzelingsverzoeken van het OM af.
IN WERKING Interimmaatregel termijnbetalingen: 1 juli 2015. Wetsvoorstel: niet verwacht voor 2016.
WET AANPAK SCHIJNCONSTRUCTIES
STATUS Wetsvoorstel 34 108 (Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten ter verbetering van de naleving en handhaving van arbeidsrechtelijke wetgeving in verband met de aanpak van schijnconstructies door werkgevers (Wet aanpak schijnconstructies)) wordt waarschijnlijk 26 mei 2015 plenair behandeld door de Eerste Kamer.
INHOUD Het voorstel wil schijnconstructies door werkgevers in bijvoorbeeld tuinbouw, bouw en vervoerwereld tegengaan. Doel is het voorkomen van oneerlijke concurrentie tussen bedrijven en een sterkere rechtspositie en correcte beloning van werknemers. De ketenaansprakelijkheid voor de betaling van het cao-loon wordt uitgebreid. Straks is niet alleen de werkgever, maar ook de opdrachtgever aansprakelijk. Deze ketenaansprakelijkheid geldt nu alleen in de uitzendbranche voor het betalen van het minimumloon. Verder moet minimaal het salarisgedeelte gelijk aan het wettelijk minimumloon giraal worden overgemaakt. Zaken als huisvesting of ziektekostenpremies mogen niet meer worden verrekend met het minimumloon. Op het niet op de loonstrook vermelden van het doel van een onkostenvergoeding komt een bestuurlijke boete te staan. Via een verzoekschrift kan de werknemer straks bij de rechter het (volledige) cao-loon eisen. De werkgever die zich schuldig maakt aan onderbetaling of illegale tewerkstelling wacht openbaarmaking.
IN WERKING Beoogd 1 juli 2015.
ELEKTRONISCHE DIENSTVERLENING BURGERLIJKE STAND
STATUS Wetsvoorstel 32 444 (Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de vereenvoudiging van en de invoering van een elektronische dienstverlening bij de burgerlijke stand (Wet elektronische dienstverlening burgerlijke stand) is op 8 oktober 2014 (Stb. 380) tot wet verheven.
INHOUD Regeling van de elektronische aangifte van geboorte, voorgenomen huwelijk, geregistreerd partnerschap en overlijden en bijhorende uittreksels en afschriften. Gemeenten kunnen voortaan ook geautomatiseerd burgerlijke stand-gegevens opvragen bij andere gemeenten. Het uitgangspunt wordt ‘eenmalige bevraging van de burger en meervoudig gebruik van verstrekte gegevens’. Deze wet en het Besluit van 17 december 2014 tot wijziging van het Besluit burgerlijke stand 1994 in verband met de Wet elektronische dienstverlening burgerlijke stand (Stb. 2014, 587) worden grotendeels per 1 september 2015 van kracht. De rest volgt in fases. Zie het inwerkingtredings-KB van 4 mei 2015 (Stb. 174).
IN WERKING Gefaseerd vanaf 1 september 2015 (zie hiervoor).
EUROPEES BETALINGSBEVEL
STATUS Wetsvoorstel 32 834 (Wijziging van de Uitvoeringswet verordening Europese betalingsbevelprocedure in verband met de concentratie van de Europese betalingsbevelprocedure) is op 28 februari 2015 (Stb. 98) tot wet verheven.
Inhoud De behandeling van verzoeken om een Europees betalingsbevel wordt geconcentreerd bij de Rechtbank Den Haag. Daardoor wordt het voor een buitenlandse eiser eenvoudiger om grensoverschrijdende incassozaken te regelen: hij hoeft niet langer uit te zoeken welke Nederlandse rechter bevoegd is.
IN WERKING Beoogd 1 januari 2016.
Marian Verburgh