Wederom een advocaat die de stekker eruit trekt omdat de cliënt niet kan betalen. En wederom zit hij fout: zo vlak voor de zitting kon dat niet. Tijdig duidelijkheid scheppen, daar zit het hem in. Of desnoods een keertje echt pro deo werken.
Mr. X hoort in oktober 2012 dat de Raad voor Rechtsbijstand de toevoeging voor zijn strafklant intrekt – het verzamelinkomen ligt te hoog. Toch doet mr. X in de jaren daarna nog het een en ander voor zijn cliënt. Vlak voor de zitting in 2014 probeert hij de RvR alsnog te vermurwen een toevoeging te geven, maar helaas… Dan stelt mr. X zijn cliënt voor de keuze: je gaat betalen, of ik vraag uitstel en je gaat op zoek naar een andere advocaat.
Maar de cliënt ‘kan geen duizenden euro’s betalen’, en wil ook geen uitstel. Hij wil van de zaak af, voor zichzelf en voor zijn medeverdachten. Zou mr. X toen nog getwijfeld hebben: zal ik dan tóch maar…?
Feit is dat de cliënt negen dagen later in zijn eentje naar de zitting ging, althans zonder advocaat. En dat hij een hogere straf kreeg dan zijn medeverdachten – waaronder zijn broer, voor wie mr. X wél een toevoeging had gekregen.
De tuchtrechter in Amsterdam zegt dat mr. X de fout in is gegaan. Waarom gaf mr. X niet tijdig duidelijkheid? Hij had er twee jaar de tijd voor. Dat mr. X de zaken op zijn beloop heeft gelaten, komt voor zijn risico. Door de zaak neer te leggen had hij de procedurele positie van zijn cliënt geschaad, en het uitstel-aanbod nam het nadeel niet genoegzaam weg. Kortom: mr. X had die zitting gewoon voor zijn cliënt moeten dóen – of hij nou betaald kreeg of niet.
Het werd een waarschuwing, maar mr. X ging in appel.
Trudeke Sillevis Smitt