De rechtbank Den Haag heeft alle negen verdachten in de jihadzaak donderdag 10 december veroordeeld tot celstraffen oplopend tot zes jaar. Niet het gedachtengoed van verdachten, maar concrete gedragingen zijn strafbaar, benadrukt de rechtbank.

Zes van de negen verdachten zijn veroordeeld voor deelname aan een criminele organisatie met een terroristisch oogmerk. Hun straffen variëren van drie jaar waarvan een jaar voorwaardelijk tot zes jaar.

Twee van de mannen zijn meelopers, volgens de rechtbank. Voor opruiing wordt een van hen veroordeeld tot 43 dagen celstraf, plus twee maanden voorwaardelijk. De ander wordt veroordeeld voor het voor zeer korte periode deelnemen aan een Syrisch trainingskamp. Hij krijgt een celstraf van 55 dagen, plus zes maanden voorwaardelijk. De negende verdachte, een vrouw, wordt veroordeeld voor één opruiende retweet tot zeven dagen celstraf.

Concrete gedragingen en niet het gedachtengoed van verdachten wordt strafbaar gesteld, stelt de rechtbank. Volgens de rechtbank maken zes verdachten deel uit van een Haagse ronselorganisatie die zich bezighield met het opruien en ronselen en het faciliteren en financieren van jongeren die naar Syrië wilden gaan om te vechten. Van de zes mannen nemen er twee volgens de rechtbank tot op heden deel aan de gewapende strijd in Syrië.

Lees in het decembernummer van het Advocatenblad het interview met advocaten Bart Stapert en Devika Kamp over hun verdediging van één van de verdachten, Jordi de Jong en over radicalisering.

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Redacteur

Profile page
Advertentie