Meer tijd is nodig om het Wetboek van Strafvordering te moderniseren. Daarvoor pleitte onder meer hoogleraar straf- en strafprocesrecht en AG Taru Spronken bij een hoorzitting van de vaste Kamercommissie Veiligheid en Justitie.
De commissie besprak de Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering. Spronken, aanwezig als privé persoon en niet namens de Universiteit Maastricht, de Hoge Raad of het parket, vatte in een position paper vooraf vijf kritiekpunten uit de wetenschap en de praktijk samen. Zo zijn met het aanpassen van de wet niet automatisch problemen uit de praktijk opgelost, meent Spronken. Die komen volgens haar door een ‘te hoge werkbelasting, inadequate communicatie en afstemming in de strafrechtketen en (…) onvoldoende financiële middelen om kwaliteit te garanderen’.
Ook ligt er volgens de Maastrichtse hoogleraar teveel nadruk op efficiency. Te weinig aandacht is er voor de implicaties rond waarborging van grondrechten en de kwaliteit van opsporing en rechtspraak. ‘Rechtswaarborgen, zorgvuldigheid en kwaliteit kosten tijd!’ zegt Spronken. Volgens de AG is er ook onvoldoende ruimte voor ‘zorgvuldige voorbereiding c.q. probleemanalyse’ door de complexe omvang en doelstellingen van het wetgevingsproject en het beoogde tempo. Op de vraag wat haar boodschap aan de politiek zou zijn, zegt Spronken de commissie: ‘Maak een pas op de plaats.’ De andere deelnemers aan het blok wetenschap, hoogleraar Tineke Cleiren en Renée Kool, universitair hoofddocent en plaatsvervangend rechter, delen die mening.
Ook genodigden uit het tweede blok ‘organisaties en praktijk’ sluiten zich bij de AG aan. Zo vraagt Kees Sterk, vice-voorzitter van de Raad voor de rechtspraak, om meer tijd ‘voor reflectie en om samenhang te creëren’. Bert Fibbe, lid van de algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten, meent ook dat de problemen in het strafrecht zitten in niet-functionerende werkprocessen. ‘Dat los je niet op met een nieuw wetboek’.
De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie nodigde naar aanleiding van de Contourennota die minister Ard van de Steur (Veiligheid en Justitie, VVD) eind oktober 2015 naar de Tweede Kamer stuurde de wetenschap en organisaties uit om hun visie te geven.
Nathalie Gloudemans-Voogd