De politie werkte tussen 2011 en 2013 veel vaker met undercoveragenten dan in 2004. Dat meldde het Algemeen Dagblad. Advocaten waarschuwen voor een gebrek aan controlemogelijkheden van verklaringen. De Mister Big-methode vinden ze ronduit gevaarlijk en onwenselijk.

Bij moordzaken, drugszaken en mensenhandel, maar ook bij delicten als fraude, afpersing en witwassen worden undercoveragenten ingezet. Dat komt naar voren uit informatie die het Algemeen Dagblad via een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur wist te bemachtigen.

De politieafdeling WOD (Werken onder Dekmantel) werd in 2011, 2012 en 2013 respectievelijk 55, 82 en 68 keer ingezet. In 2004 kwam dat beduidend minder vaak, 31 keer, voor.

Werken met undercoveragenten is volgens Thomas Felix, strafrechtadvocaat en voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Jonge Strafrechtadvocaten (NVJSA), een zeer ingrijpend opsporingsmiddel dat terughoudend moet worden ingezet.

Bij de Mister Big-methode infiltreren opsporingsambtenaren in het persoonlijke leven van verdachten. Ze bouwen een nauwe band op om vervolgens een bekentenis te ontlokken. Met name de wijze waarop deze bekentenis kan worden gecontroleerd schiet volgens Felix tekort. ‘Lang niet alle gesprekken worden opgenomen en ook het geheugen van de betrokken opsporingsambtenaren is nu eenmaal feilbaar.’

Daarbij wijst Felix erop dat om de betrouwbaarheid van zo’n bekentenis te beoordelen, het niet alleen om de bekentenis zelf gaat, maar ook om de overige gesprekken. Daaruit komt de context waarbinnen een verklaring is gegeven naar voren. ‘Als tussen verdachten en infiltrant veel grootspraak wordt gebezigd, kan dat immers de betrouwbaarheid van de bekentenis raken. De rechter en de verdediging moeten dat kunnen controleren.’

Een verdachte mag bovendien nooit gedwongen worden tegen zijn wil een bekentenis af te leggen, zegt Felix. ‘Bij de Mister Big-Methode is het zeer de vraag of een verdachte zijn verklaring in vrijheid aflegt.’ Door gebrek aan controle mogelijkheden kunnen procespartijen volgens Felix geen volledig en betrouwbaar beeld krijgen van de manier waarop de verklaring is afgelegd. ‘De Mister Big-methode zou daarom niet moeten worden toegepast.’

Strafrechtsadvocaat Jan Vlug vertelt desgevraagd dat hij een keer, in 2009, met de Mister Big-methode te maken heeft gehad. ‘Er werd een volledig fictieve werkelijkheid om mijn cliënt gecreëerd. Ik verkeerde destijds nog in de naïeve veronderstelling dat dat sinds Van Traa niet meer mocht. Ik vind dat het veel te ver gaat. De (onafhankelijke) controle schiet tekort.’

‘Een gevaarlijke methode,’ noemt Geertjan van Oosten, strafrechtadvocaat en interim voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA) de Mister Big-methode. Hij wijst op het feit dat de verklaringen moeilijk tot niet te controleren zijn. Ook geeft hij aan dat de waarborgen die aan een politieverhoor verbonden zijn worden omzeild. ‘Je hebt tot slot kans dat mensen tegen de “grote vis” iets gaan bekennen wat ze niet hebben gedaan, uit druk of vanwege de wens om bij de groep te blijven horen of de angst om eruit gegooid te worden.’

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Redacteur

Profile page
Advertentie