De puntenvergoeding voor advocaten moet aansluiten bij de ambtelijke salarisschaal 12, staat te lezen in de kabinetsreactie op het rapport Wolfsen. Maar daarbij houdt het kabinet geen rekening met kantoorkosten, menen advocaten. Ook hekelt de advocatuur het voorstel om de puntengrens te verlagen naar 900.
Vóór 1 juni had het kabinet beloofd te reageren op het rapport ‘Duurzaam stelsel’ onder voorzitterschap van aankomend Autoriteit Persoonsgegevens-voorzitter Aleid Wolfsen. Gisteravond werd het kabinetsstandpunt op de valreep openbaar: de voorgenomen bezuinigingen worden voorlopig even uitgesteld.
Toch vinden veel advocaten het kabinetsstandpunt geen goed nieuws. Zo meent het kabinet met Wolfsen dat de puntenvergoeding moet blijven aansluiten bij ambtelijke schaal 12. Maar die vergelijking gaat mank, menen advocaten: omzet is niet hetzelfde als salaris. ‘Advocaten hebben in tegenstelling tot ambtenaren kantoorkosten; omzet is dus geen loon,’ zegt Thomas Felix, voorzitter van de NVJSA.
Ook wil het kabinet een puntengrens van 900 invoeren. ‘Wat moet een advocaat doen die de grens heeft bereikt? Je kunt dan moeilijk je werkzaamheden in lopende strafzaken staken. De ratio van de regel ontgaat mij bovendien: die zaken die strafrechtspecialisten niet worden gedaan omdat de puntengrens is bereikt, worden wellicht opgepakt door minder gespecialiseerde advocaten,’ zegt Felix. ‘Gespecialiseerde rechtsbijstand bevordert ook de efficiëntie in strafzaken. Gaat het specialisme verloren dan worden de beoogde bezuinigingen ergens anders dus teniet gedaan.’
Ook de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) stelt dat specialisatie een belangrijk vereiste voor kwalitatief goede dienstverlening is. ‘De voorgenomen urengrens betekent het einde voor gespecialiseerde sociaal advocaten die juist de meest kwetsbare rechtzoekenden helpen,’ zegt algemeen deken Bart van Tongeren.
Volgens Van Tongeren zijn veel onderdelen uit het rapport van de commissie Wolfsen overgenomen zonder duidelijke uitwerking. ‘Hierdoor is het zo goed als onmogelijk een afgewogen beslissing te nemen over een stelsel dat toekomstbestendig moet zijn en bovendien meebeweegt met ontwikkelingen in wet- en regelgeving,’ zegt Van Tongeren.
Nathalie Gloudemans-Voogd