De grens is soms moeilijk te ontwaren: is dit nog prettig samenwerken, of flirt mijn cliënt nu met me?
Hoe ga je daar het best mee om? Drie advocaten vertellen hun oplossing.

Remko Roosjen – advocaat bij MAAK Advocaten in Amsterdam:

‘Ik had een bespreking. “Mevrouw wacht al op je,” zei mijn secretaresse. Mevrouw bleek óp de tafel te zitten. Het was nog net geen Basic Instinct. Ik stond perplex. Ja, wat doe je dan? Ik zei: “Lekker weertje, hè?” want het was een warme zomerse dag. En: “Ga lekker zitten.” Met een glimlach wees ik naar een stoel aan tafel. Uiteindelijk is het in deze zaak goed gegaan, maar als het uit de hand loopt, kun je het dossier soms wat meer bij een collega neerleggen. Het belang van de zaak gaat altijd voor. Dat flirten mag geen enkele rol spelen, anders moet je je onttrekken.’

Sabine Bovy – advocaat bij à la carte advocaten in Rotterdam:

‘Een cliënt had een oogje op een voormalig kantoorgenote. Hij wilde telkens met haar afspreken, terwijl je vaste cliënten helemaal niet zo vaak ziet. Soms krijg je van een particuliere cliënt een taart of bos bloemen: beleid bij ons was dat je die dan op kantoor uitstalde. Maar deze cliënt, een zakelijke klant nota bene, kwam aanzetten met een stevige fles parfum en een persoonlijk kaartje. Ze voelde zich er ongemakkelijk bij en dit was niet iets wat ze op kantoor kon zetten. Dus we zijn de fles gaan ruilen voor haar eigen geur. Zij ging kort daarna weg bij kantoor; de cliënt bleef en niemand ontving nog zulke cadeaus.’

Job Knoester – advocaat bij Knoester en Van der Hut Advocaten in Den Haag:

‘In het begin had ik het niet zo door. Hoe ze me benaderde, soms een lange blik; ik zocht daar niks achter. Tot ze een keer aan de telefoon zei dat wij hetzelfde karma hadden. Dat ze zag en voelde dat er een toekomst voor ons was weggelegd. “Ik voel me vereerd,” zei ik, “maar we hebben een zakelijke relatie en dat moet vooral zo blijven.” Ik heb
haar toen een brief gestuurd dat onze relatie het zakelijk verband ging verlaten en ik daarom haar advocaat niet meer kon zijn. Een paar weken later stuurde zij een open sollicitatie. Het was een goede brief, maar ze is niet aangenomen.’

Advertentie