Advocaat voor de klas, Rechter voor de klas, Rechtspraak in de klas en De Vreedzame School. Steeds meer basis- en middelbare scholen besteden aandacht aan recht, rechtspraak en democratie. Waar komt deze trend vandaan? ‘Wij maken ons zorgen over het afkalvend besef van het belang van de rechtsstaat.’

Door: Francisca Mebius    Beeld: Sjoerd van der Hucht

In welke woorden komt het woord “recht” allemaal voor?’ Meneer Goossensen (12) stoot lacherig zijn elfjarige buurvrouw aan. ‘Aanrecht,’ roept hij stoer. ‘Rechtsaf’ en ‘trechter’, reageert zijn klasgenootje vanaf het puntje van zijn stoel aan de andere kant van het lokaal. De klas begint te joelen als jurist Lars Hogendoorn zegt dat de kinderen hun mobieltje erbij mogen pakken. Al snel vliegen serieuze woorden als ‘rechts­geleerdheid’ en ‘rechtspraak’ met als synoniem ‘jurisprudentie’ door de klas.

Ook aan nieuwsgierigheid is bij de kinderen geen gebrek. ‘Er staat meester voor uw naam, maar u bent een vrouw… Waarom staat er dan niet meesteres?’ ‘Waarom bestaat er wel vrouwenrecht en geen mannenrecht?’ ‘Wat als je zeker weet dat degene die je verdedigt iemand heeft vermoord, moet je hem dan blijven verdedigen?’ ‘Krijgt de advocaat ook straf als later in de rechtbank blijkt dat de dader echt een moord heeft gepleegd?

Het is een greep uit de vragen die groep 8 van de Professor Casimirschool in Voorburg stelt aan jurist Lars Hogen­doorn en Bibiane Vroegindewey, advocaat in Den Haag. Op deze school ging vorige maand de pilot ‘Advocaat en rechter voor de klas’ van start, een van de vele initiatieven rondom lessen over rechtspraak op Nederlandse scholen. Het lesprogramma is ontwikkeld door de JuniorJurist Academie en is nu in samenwerking met de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) en de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NVvR) uitgerold.

Juniorjurist

In zes weken tijd worden de kinderen door een jurist, een advocaat en de eigen docent klaargestoomd voor een oefenrechtbank die de pilot uiteindelijk afsluit. Hierna zijn de elf- en twaalfjarigen afgestudeerde juniorjuristen. Sija Hogendoorn, ook jurist, en haar man Lars werden door de school van hun kinderen op het idee gebracht om het lesmateriaal te ontwikkelen. ‘Onze kinderen krijgen recht mee aan de keukentafel, maar we vonden het raar dat er op school geen aandacht aan werd besteed. Het resulteerde in het door ons gemaakte tijdschrift Recht & wet.’

De leermethode, waar tijdens de ontwikkeling veel feedback van docenten op is gekomen, bevat grapjes, plaatjes en voorbeelden. Zo leren de kinderen spelenderwijs over grondrechten, de trias politica, de onrechtmatige daad en verzachtende omstandigheden. Verder is er veel ruimte voor discussie en debat. ‘Kinderen vinden eerlijkheid heel belangrijk. Dat sluit aan bij praten over recht. Er is binnen het lesmateriaal daarom veel aandacht voor het geven van een mening en beargumenteren. De kinderen worden met “u” en de achternaam aangesproken en ze krijgen een toga aan. Hierdoor raken ze geboeid,’ vertelt Sija Hogendoorn.

De pilot ‘Advocaat en rechter voor de klas’ staat niet op zichzelf. De afgelopen jaren zijn opvallend veel initiatieven ontstaan die kinderen van zowel de basisschool als de middelbare school meer inzicht geven over recht en rechtsstaat. Zo zijn drie middelbare scholen in Amsterdam jongerenrechtbanken gestart waarbij jongeren zelf optreden als advocaat en rechter bij kleine vergrijpen die op school plaatsvinden. Huis voor democratie en rechtsstaat ProDemos heeft spellen en lesmateriaal gemaakt voor alle soorten onderwijs over democratie. De Rechtspraak heeft de jongerenwebsite rechtvoorjou.‌nl gelanceerd, een informatieve website over recht en rechtspraak. De methode De Vreedzame School, waarbij kinderen onder andere constructief conflicten leren oplossen, bestaat al veel langer en wordt inmiddels gebruikt op zo’n achthonderd basisscholen.

Waar komt deze trend van recht en rechtspraak in klassen vandaan? Waarom worden die lessen ineens nu gegeven? Jurist, Eerste Kamervoorzitter en pleitbezorger van meer rechtskennis in het onderwijs Ankie Broekers-Knol (VVD) denkt dat er door de moeilijke tijden nu (‘denk aan terreur’) weer vaker gerefereerd wordt aan de rechtsstaat. ‘Wellicht komt het daardoor dat er initiatieven ontstaan rondom recht in de klas, maar dat is voor mij gissen.’ Broekers-Knol ziet het wel als een heel positieve trend dat ook jonge kinderen nu leren over recht, wetten en regels. ‘Het is een belangrijke basis van onze samenleving.’

Wake-upcall

Maar volgens de NOvA heeft de ontwikkeling nog met iets anders te maken. Want het zijn niet de scholen zelf die het onderwerp op het lesprogramma hebben gezet. De initiatieven komen allemaal uit de koker van advocaten, juristen en rechters. Zo meldden zich in een mum van tijd maar liefst driehonderd advocaten voor het project Advocaat voor de klas.

‘Misschien kun je wel spreken van een zekere wake-upcall,’ zegt Raffi van den Berg, algemeen secretaris van de NOvA. ‘Al langer bestaat kritiek over de onachtzaamheid waarmee soms wordt omgesprongen met rechtsstatelijke verworvenheden. Lees de jaarverslagen van de Raad van State er maar op na. Maar ik denk ook aan berichten over incidenten als in Brabant waarbij een officier van justitie “kleine vergrijpen” bestraft buiten de rechter om, omdat dat rendabeler is. Als bij een officier van justitie pragmatisme de boventoon voert en prevaleert boven rechterlijke toetsing is dat opvallend. Dat maakt dat advocaten een zekere urgentie voelen om een duidelijk geluid te laten horen waarbij juridische principes en uitgangspunten goed worden uitgelegd en verdedigd.’ Maar ze denkt ook aan zaken als kostendekkende griffierechten, betalen voor detentie, uitholling van verschoningsrecht van medici en advocaten, inperking van de privacy. ‘Die kunnen niet meer als losstaand worden gezien maar duiden op een andere waardering van rechtsstatelijke waarborgen.’ Dat daar grote risico’s aan kleven, roept bij juristen een behoefte op om dat tij te keren, denkt ze.

Sascha Dalen Gilhuijs, directeur van de NVvR is het met Van den Berg eens: de pilot ‘Rechter voor de klas’ moet het belang van de rechtsstaat en de derde pijler van de trias politica een boost geven. Concrete zaken wil ze niet noemen, maar wie een blik in de kranten werpt, kan de voorbeelden zo zelf bedenken. Minister Plasterk die twitterde over de zaak-Van Rey, terwijl die nog onder de rechter was. Wilders die de onafhankelijkheid van de rechters ter discussie stelde als hij zou worden veroordeeld. ‘Ook wij hebben de behoefte om wat te doen aan het afkalvend besef binnen de samenleving van het belang van wetten, regels en het bestaan van de rechtsstaat,’ zegt Dalen Gilhuijs. ‘Het is belangrijk dat het bewustzijn in de samenleving weer wordt vergroot en lessen over recht op scholen helpen hierbij.’

Bij docenten valt die behoefte volgens Hogendoorn in vruchtbare aarde omdat ‘Burgerschap’ een steeds grotere rol speelt op scholen en de ontwikkeling ervan vaak omschreven is in de kerndoelen. Vandaar dat een programma als De Vreedzame School, dat nu al zo’n zestien jaar bestaat, juist het laatste jaar enorm is gegroeid. Er kwam een recordaantal van honderd scholen bij.

Ook op middelbare scholen

Net als bij De Vreedzame School is er bij de JuniorJurist Academie, de NOvA en de NVvR de wens om ook op middelbare scholen een pilot te starten. Dalen Gilhuijs: ‘Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met lessen over recht, maar de stof is nog wel wat moeilijk voor de basisschool. Het zou goed passen op de middelbare school. Dan kun je iets dieper gaan.’ Ook docente Karin Blok van de klas in Voorburg geeft toe dat sommige onderwerpen nog wel wat te hoog gegrepen zijn. ‘Maar desalniettemin is het belangrijk en blijven ze goed meedoen. En dat is heel bijzonder, want het is echt een heel drukke klas.’

Ondertussen breken haar leerlingen zich het hoofd over de vraag wat het verschil is tussen een advocaat en een jurist. ‘Een advocaat gaat de strijd aan en een jurist gaat iets met computers doen,’ aldus mevrouw Boselie (12). Op de vraag van Hogendoorn of het terecht is dat de Ferrari van Bertje Bikkel in beslag wordt genomen vanwege veel te hard rijden, vliegen de vingers de lucht in. Meneer De Jager (11) vanaf het puntje van zijn stoel: ‘Als iemand van de overheid daarna ook hard met de auto gaat rijden, is het niet terecht dat hij in beslag is genomen. De overheid moet de auto maar verkopen.’

Het wordt minder genuanceerd wanneer als voorbeeld een zusje van een van de scholieren wordt doodgereden door hardrijder Bertje Bikkel. ‘Dan moet Bertje Bikkel ook gewoon dood en anders de ergste straf krijgen die er bestaat.’ En meneer Goossensen (12) op de vraag of iedereen recht heeft op een advocaat: ‘Het ligt er aan wat diegene heeft gedaan. Voor een seriemoordenaar maakt het niet uit of hij een advocaat heeft. Hij krijgt toch gewoon straf.’ Zijn elfjarige buurvrouw: ‘Maar waar trek je dan de grens?’ Een jurist in de dop.

Advertentie