Door selectie aan de poort heeft de strafsector van de Hoge Raad qua uitstroom een ‘topjaar’ gehad. In plaats van de begrote 4.100 zaken kon de strafsector in 2015 4.908 zaken afdoen, mede dankzij artikel 80a RO. Dat vermeldt het jaarverslag van de Hoge Raad dat vandaag verscheen.

Artikel 80a RO zorgt voor ‘selectie aan de poort’ staat te lezen in het jaarverslag: ‘Een steeds groter aantal zaken wordt niet-ontvankelijk verklaard bij gebrek aan belang, of omdat de middelen klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.’ Daarmee is de werklast in de strafsector verschoven, meldt de Hoge Raad. Zaken worden nu voortijdig, zonder dat het parket een conclusie neemt, niet-ontvankelijk verklaard.

Eerder werden dit soort zaken vaak verworpen met artikel 81 RO (geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling), maar dan moest het parket wel een conclusie nemen. Het wegvallen van deze conclusies heeft naar eigen zeggen voor het parket en de raad ‘de ruimte geschapen om zich te concentreren op […] “zaken die ertoe doen”.’

Door de selectie aan de poort via 80a RO en de afhandeling van zaken zonder middelen (het zogeheten ‘peken’) kon de Hoge Raad 4908 zaken afdoen in 2015, waar een uitstroomcijfer van 4100 in het jaarplan was opgenomen. Ook de werkvoorraad is geslonken: het jaarplan ging uit van 3.000 zaken, terwijl de werkvoorraad uiteindelijk 2.290 zaken bedroeg. ‘Dit is het gevolg van de toepassing van 80a RO en verbeteringen in werkprocessen,’ is de verklaring in het jaarverslag.

De komende jaren zal de strafkamer zich toeleggen op het verder terugdringen van de doorlooptijden. Ook op dat punt rapporteert het jaarverslag positief. Waar de doorlooptijd bij de strafkamer in 2012 en 2013 nog 300 dagen was, heeft de Hoge Raad dit teruggebracht naar 271 dagen in 2014 en 243 dagen in 2015.

Nathalie Gloudemans-Voogd

Advertentie