Advocaat Cees Korvinus heeft zijn werkzaamheden voor klokkenluider Ad Bos ten onrechte op basis van no cure no pay gedeclareerd. Bovendien is aannemelijk geworden dat er sprake was van excessief declareren. Daarom heeft de Raad van discipline Amsterdam hem vandaag berispt. 

De raad besliste op een dekenbezwaar van de Amsterdamse deken Pieter van Regteren Altena. De deken verweet Korvinus dat hij met zijn cliënt Ad Bos, de klokkenluider van de bouwfraude die hij jarenlang op basis van toevoegingen bijstond, de verboden resultaatsafhankelijke beloning overeenkwam. Toen Korvinus van de landsadvocaat hoorde dat er tussen € 800.000 en 1 miljoen zou worden betaald (de bedragen zijn NRC Handelsblad ter ore gekomen), bedong hij op het laatste moment 10 procent van dit bedrag – volgens de deken zonder zijn cliënt te vertellen wat er zou worden uitgekeerd. Uiteindelijk betaalde de staat 1,7 miljoen euro, waarmee Korvinus 170.000 euro verdiende.

Korvinus’ verweer was dat het ging om een incasso van een onbetwiste vordering, waarbij no cure no pay is toegestaan. Bovendien zou de deken om verschillende redenen niet ontvankelijk zijn.
De raad verwerpt de ontvankelijkheidsbezwaren en gaat met de deken mee: ‘De zaak van de heer B. betrof immers een individuele zaak met “een gebruikelijke incassozaak” overstijgende aspecten, zowel feitelijk als juridisch, die uiteindelijk is geëindigd in een vaststellingsovereenkomst met daarin een substantiële individuele vergoeding (…).’ Het betrof geen ‘gestandaardiseerd werk’ en er is niets vastgelegd over een incassotarief.

Omdat Korvinus zijn uren niet heeft bijgehouden acht de raad in dit geval ‘voldoende aannemelijk dat [van excessief declareren] sprake is geweest, nu de omvang van de werkzaamheden zeer beperkt is geweest.’
Voor de hoogte van de maatregel is voor de raad ook van belang dat Korvinus de verboden prijsafspraak maakte nadat duidelijk was geworden dat de staat aan Ad Bos een aanzienlijke vergoeding wilde betalen en de werkzaamheden bijna voorbij waren, ‘zodat hij daarmee vooral zijn eigen belang diende op een moment dat de heer B. zich in een zeer afhankelijke en kwetsbare positie bevond.’

Korvinus was niet voor commentaar bereikbaar.

Linus Hesselink

Advertentie