‘Ik heb overal een vrij uitgesproken mening over,’ waarschuwt advocaat Jelle Klaas (36) als hij zijn kantoor uitwandelt, de Amsterdamse Keizersgracht op. De mensenrechtenadvocaat bereidt een procedure voor tegen de staat over etnisch profileren.

Door / Erik Jan Bolsius Beeld / Jean-Pierre Jans

Terwijl Klaas langs de Amsterdamse grachten wandelt, slingert zijn betoog van de Amerikaanse Burgerrechtenbeweging en de zaak-Brown over rassenscheiding op openbare scholen, in 1954, naar etnisch profileren door de Nederlandse politie. Klaas is mensenrechtenadvocaat bij de Haarlemse Fischer groep en coördinator voor het Public Interest Litigation Project (PILP), een onderdeel van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM). Hij passeert het gebouw van Amnesty International en vertelt hoe PILP op het punt staat, samen met Amnesty, de staat aan te klagen. ‘We wachten een brief van Van der Steur af, die in september de Tweede Kamer vertelt hoe hij dit probleem wil aanpakken. Als dat niet goed genoeg is, gaan we naar de rechter.’

Dat de politie etnisch profileert, is volgens Klaas al langer duidelijk. ‘Amnesty concludeerde in 2013 in een rapport dat etnisch profileren veel voorkomt. Ze baseerden zich onder andere op bevindingen van Sinan Çankaya, die vanaf de achterbank van politieauto’s een superstrak onderzoek had gedaan met als conclusie: ze reageren wel degelijk op de onderbuik. De Amsterdamse politie gaf dat ook toe, maar direct daarna ontkende de landelijke politie dat het een structureel probleem is. Dat gebeurde recent ook weer na de aanhouding van rapper Typhoon in zijn opvallende auto.’

Dat etnisch profileren vaker in het nieuws is, maakt voor PILP de noodzaak groter snel een zaak aan te spannen. Maar overhaast een proces aanspannen past niet bij de zorgvuldige voorbereiding die een strategische procedure nodig heeft, stelt Klaas. ‘Met een procedure willen we bereiken dat de overheid erkent dat etnisch profileren structureel gebeurt, en op zijn minst iets gaat doen. Het is wel lastig om zwarte jongens te vinden die als mede-eisers willen optreden, want het is niet niks om de overheid aan te klagen voor zoiets.’

Klaas is al twee jaar bezig met de voorbereidingen. ‘Het gaat niet meer om die ene cliënt en diens probleem, maar breder. Met strategisch procederen kijk je van tevoren of er een pijnpunt is, of een procedure iets kan toevoegen en zo ja wat dan de timing is en wat de beste cliënt. Je koppelt het aan campagnes of de lobby die over dat pijnpunt loopt. Je zet het procederen als een instrument in, met de juiste deskundigen en de juiste zorgvuldigheid.’ Hij noemt de SGP-zaak, waarin het NJCM de staat aanklaagde omdat hij subsidie gaf aan een partij die discrimineert. ‘Daar is lang over nagedacht. Als je je op die politieke partij richt, moet je ook een paar vrouwen hebben die meedoen, dat is niet zo makkelijk.’ In dergelijke zaken werkt hij via Pro Bono Connect van NJCM. Zij schakelen advocaten van de Zuidas in die gratis rechtshulp bieden, omdat ze maatschappelijk verantwoord willen ondernemen. ‘Dat zijn geen mensenrechtenexperts, maar wij zorgen zelf dat dat aspect naar voren komt.’

Na een pilot van twee jaar heeft PILP fondsen geworven om de komende drie jaar verder te kunnen. Het geld, afkomstig van één Amerikaanse en twee Nederlandse sponsoren, is geen overbodige luxe, stelt : ‘Mensenrechten kunnen beter in Nederland. Het is hier heus geen Noord-Korea, maar we krijgen soms stevige kritiek in EU- en VN-rapportages. Hoe we omgaan met vluchtelingen en asielzoekers, met ongedocumenteerden. Islamofobie en racisme zijn ook issues waar we vaker voor op de vingers worden getikt. Het is hier echt moeilijk om met een “niet-witte achternaam” een baan te krijgen of een kroeg in te komen. En privacy is een probleem, Nederland is daarin aan het doorslaan. Privacy is een mensenrecht.’

Soms voert Klaas ook zelf een strategische procedure als advocaat voor PILP. Hij is optimistisch over de afloop van wat hij een spannende zaak noemt, over wapenexport: ‘Nederland heeft een vergunning gegeven voor export van 35 miljoen euro aan wapens naar Egypte, terwijl wordt erkend dat er problemen zijn in dat land. Hoe kun je dat toestaan als je al die mensenrechtenverdragen hebt ondertekend en zegt dat je die toets toepast?’ Minstens zo bevlogen vertelt hij over een ander onderwerp dat hem erg aan het hart gaat, de mensenrechtelijke situatie van woonwagenbewoners die hij bijstaat. ‘Er geldt voor hen een uitsterfbeleid, dat is echt schandalig. Die mensen mogen hun cultuur niet op hun manier voortzetten! Er wordt geen rekening gehouden met het recht op een familieleven en een huis, zoals in artikel 8 EVRM staat. Hun boosheid over dat onrecht voel ik met ze mee.’

Op de hoek van een van De 9 Straatjes, vlak bij zijn kantoor, bevestigt Jelle Klaas dat hij een wereldverbeteraar is. ‘Ja, dat probeer ik te zijn. Ik vind dat ik een van de gaafste banen als jurist heb in Nederland. Ik werk veel uren, ben er ook in het weekend en de avonden mee bezig, maar haal er ook veel voldoening uit.’ Als hij te veel werkt , krijgt hij dat thuis terug. Klaas woont samen en heeft twee jonge zonen. ‘Het beste medicijn tegen te veel werken, is kinderen hebben. Ik probeer elke dag thuis te eten, te stoeien en voor te lezen. Vanochtend heb ik ze eerst naar school gebracht. Het is zo ontstressend om even in hun wereld te zijn.’

Wie is Jelle Klaas?

2004-heden: advocaat mensenrechten Fischer advocaten, sinds 2015 Fischer groep

2014-heden: projectcoördinator Public Interest Litigation Project (van NJCM)

Samenwonend, twee kinderen

Advertentie