De Haagse Raad van Discipline heeft op 24 oktober een advocaat van het tableau geschrapt. De reden? De advocaat verleende onvoldoende medewerking aan tuchtrechtelijke onderzoeken, handelde in strijd met de Verordening op de Advocatuur (Voda) en met de gedragsregels, zo oordeelde de raad.
Aan verschillende verzoeken van de deken tot het aanleveren van stukken, gaf de betreffende advocaat onvoldoende gehoor. Daarmee belemmerde hij de deken in zijn taak van toezichthouder. Hij vertelde bovendien niet de waarheid. Volgens het dekenbezwaar verklaarde de advocaat tijdens een kantoorbezoek dat hij een offerte voor een beroepsaansprakelijkheidsverzekering had aangevraagd. Uit een e-mail van de verzekeringsmaatschappij bleek dat hij dat pas veel later deed.
Tegen de advocaat werden de afgelopen periode vier klachten ingediend van voormalige cliënten. Zij klaagden over de slechte bereikbaarheid en slechte communicatie van de advocaat. De deken kon deze klachten moeilijk onderzoeken, omdat de advocaat onvoldoende reageerde.
Op herhaaldelijke verzoeken van de deken tot het indienen van zijn CCV ging de advocaat niet in. Ook vulde hij de entreetoets niet in. De advocaat beschikte evenmin over een Stichting Derdengelden, wat in strijd is met artikel 6.21 Voda.
De financiële stabiliteit van het kantoor ontbrak, volgens de deken. ‘Daarnaast is gebleken dat verweerder heeft gehandeld in strijd met artikel 6.5 lid 1 onder a en b Voda, aangezien hij sinds 2011 geen jaarrekening heeft opgesteld.’
Dat de advocaat zich al heeft laten uitschrijven van het tableau, is volgens de deken geen reden om de advocaat niet alsnog te schrappen.
De Raad van Discipline acht het bezwaar van de deken, in een uitspraak van 24 oktober, op alle punten gegrond en schrapt de advocaat van het tableau. Gelet op de persoonlijke omstandigheden van de advocaat, wordt de advocaat niet veroordeeld in de proceskosten.
Sabine Droogleever Fortuyn