Advocaat Bernard de Leest stond zijn cliënt bij in één van de drie Wmo-zaken. Zonder objectief en onafhankelijk onderzoek mogen gemeenten niet korten op het aantal toegekende uren huishoudelijke hulp, besliste de Centrale Raad van Beroep. Een beslissing die 440.000 huishoudens raakt. ‘Gedupeerden moeten in bezwaar en beroep. Dat is vaak een enorme drempel voor mensen.’

‘Het ging om een 78-jarige Marokkaanse vrouw met lichamelijke beperkingen. Met haar 84-jarige echtgenoot had ze al sinds 2007 vijfenhalf uur per week hulp in de huishouding, voor het lichte en zware huishoudelijke werk en het wassen van kleding en linnengoed, tot 23 maart 2015. Toen besloot het Utrechtse college van burgermeester en wethouders, in het kader van de inwerkingtreding van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) het aantal uren terug te draaien naar anderhalf uur. Het gaat om de manier waarop. In Utrecht hebben ze gezegd: bij iedereen die meer dan drie uur huishoudelijke hulp krijgt, komt iemand op bezoek om te kijken naar de situatie. Nou, degene kwam. Niet om de situatie te beoordelen, welnee. Gewoon om uit te leggen dat mijn cliënte voortaan anderhalf uur huishoudelijke hulp kreeg. Dat was de standaardprocedure.

De hele situatie is ontstaan doordat men heeft bedacht dat mensen voordat zij een beroep doen op de gemeente voor zorg, eerst moeten kijken of hun probleem niet op een andere manier kan worden opgelost. Op zich niet zo’n gek idee. Alleen is daaraan een bezuinigingsdoelstelling van veertig procent gekoppeld. Gemeenten wisten niet of ze die konden halen en zijn daardoor heel terughoudend geweest met het toekennen van voorzieningen zoals hulp in de huishouding. Het sneue is dat gemeenten ook nog eens veel te zuinig hebben begroot, er is dus nog veel zorggeld overgebleven. Tegen de beslissing van het college diende mijn cliënt bezwaar en beroep in.

De onderzoeken van de gemeente waren een aanfluiting, niet zorgvuldig en alleen maar bedoeld om uit te leggen dat er bezuinigd moest worden en er helaas niet meer in zat. De rechtbank zag wel dat het onderzoek onzorgvuldig was, en er evidente fouten waren gemaakt. In beroep is er een uur extra hulp teruggegeven. Maar dat was klein bier, laat ik maar zeggen. Op de principiële punten kregen we geen gelijk. Het ging vooral om: op welke normen baseer je het aantal uren huishoudelijke hulp dat iemand per week nodig heeft? Vervolgens hebben we in hoger beroep alsnog gelijk gekregen. Het gemeentebeleid voor het vaststellen van het aantal uren moet berusten op objectief en onafhankelijk onderzoek. Daarbij oordeelde de Centrale Raad van Beroep dat huishoudelijke hulp onder de nieuwe Wmo valt, want dat stond ook nog ter discussie. Ik had deze uitspraak van de raad wel verwacht omdat de raad al eerder uitspraken in die richting had gedaan.

De uitspraak heeft 440.000 huishoudens geraakt en is richting­gevend voor alle gemeenten. Een derde van de gemeenten heeft ervoor gekozen huishoudelijke hulp niet als voorziening aan te bieden. Dat moeten ze nu alsnog doen. Alleen gedupeerden die in bezwaar en beroep zijn gegaan, kunnen met terugwerkende kracht hun uren terugkrijgen, mits ze wel hulp hebben ingeschakeld. Het maken van bezwaar is vaak een enorme drempel voor mensen, zeker voor deze doelgroep met een gemiddelde leeftijd van 76 jaar. Als je de overheid als tegenpartij hebt, moet je, als het niet lukt om het op een andere manier op te lossen, altijd bezwaar maken. Als je dat niet doet, en later blijkt dat er sprake is van onjuiste besluitvorming, dan draait de overheid de genomen besluiten niet terug. Als lid van de algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten, portefeuillehouder gefinancierde rechtsbijstand, heb ik daar moeite mee. Advocaten proberen vaak de overheid op andere gedachten te brengen, maar deze zet maar al te vaak de hakken in het zand, waardoor wij gedwongen worden om te procederen. Terwijl we aan de andere kant voortdurend door het ministerie van Veiligheid en Justitie op de nek worden gezeten. V&J zegt: jullie procederen te veel. Dan denk ik: wie is hier fout bezig? Burgers worden gewoon gedwongen.’

Lees de complete serie Spraakmakende Zaken in het decembernummer van het Advocatenblad.

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Sabine Droogleever Fortuyn

Redacteur

Profile page
Advertentie