Ten tijde van de schrapping van Bram Moszkowicz van het tableau, was het zelfreinigend vermogen binnen de advocatuur niet voldoende. Dat vindt Joost van Dijk, voorzitter van het Hof van Discipline. Inmiddels is er volgens hem veel veranderd binnen het toezicht op de advocatuur en gaat het een stuk beter.

Joost van Dijk werd in het kader van de introductie van de Beroepsopleiding Advocaten in Woudschoten ondervraagd tijdens Lawyers Tour. Naar aanleiding van de hoeveelheid klachten over het functioneren van Bram Moszkowicz, in de zes zaken die tegen hem bij het Hof van Discipline zijn aangebracht, en wat de deken daarover vertelde, dacht Van Dijk als voorzitter van het hoogste toezichthoudende orgaan destijds: ‘Goh, dat ze er nooit eerder wat mee gedaan hebben.’ Op de vraag uit de zaal of het zelfreinigend vermogen binnen de advocatuur wel voldoende is, antwoordde Van Dijk: ‘Toen niet, kennelijk. Nu gaat het stukken beter.’

Van Dijk onderstreept dat sinds de invoering van de nieuwe Advocatenwet (januari 2015) de rol van dekens is veranderd. Dekens zijn toezichthouders geworden en beschikken over bevoegdheden uit de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb). Ze kunnen een boete of last onder dwangsommen opleggen. Het college van toezicht is opgetuigd en houdt systeemtoezicht.

Op de vraag of de communicatie met de cliënt of de deskundigheid van advocaten vaker een probleem vormt, antwoordt Van Dijk dat het Hof van Discipline zich bezighoudt met de kwaliteit van de dienstverlening. Hij geeft het voorbeeld van een advocaat die een kansloos appel instelt, waarbij het de vraag is of dat heel nadrukkelijk in opdracht van de cliënt was, of dat de advocaat dit op eigen houtje heeft gedaan. In het laatste geval, zegt Van Dijk ‘vinden we dat je niet goed de belangen van de cliënt hebt behartigd’.

Op een vraag uit de zaal of de gedragsregels moeten worden uitgebreid om beter toezicht te kunnen houden op de deskundigheid van advocaten antwoordt Van Dijk dat artikel 46 van de Advocatenwet, waar de zorg voor de cliënt uit voortvloeit, voldoende aanknopingspunten biedt. ‘Als je prutswerk levert, heb je niet de zorg voor de cliënt.’

Bekijk het complete interview met Joost van Dijk hier.

Lees ook het interview in het januarinummer van het Advocatenblad, waarin Joost van Dijk een cultuurverandering binnen het toezicht op de advocatuur beschrijft.

Advertentie