Een advocaat in eigen zaak heeft een dwaas als cliënt. Disciplina, de Nederlandse Vereniging van Tuchtrechtadvocaten, wil de kwaliteit van het tuchtrecht bevorderen en de aandacht vergroten. ‘De belangen voor beklaagden zijn groot en de impact van schorsingen en schrappingen enorm.’
Door Francisca Mebius
De toename van het aantal tuchtzaken, de grote impact die tuchtrechtzaken op de beklaagden hebben en het feit dat er nog geen belangenbehartiger voor de advocatuur bestond op dit gebied. Het zijn de redenen waarom Jan Kabalt (voorzitter), Liselotte van Gaalen-van Beuzekom (penningmeester) en Noa de Leon-van den Berg (secretaris), alle drie naast andere rechtsgebieden ook actief in het tuchtrecht, Disciplina zijn begonnen. Met deze Nederlandse Vereniging van Tuchtrechtadvocaten, in juni 2015 opgericht, willen de drie advocaten het tuchtrecht onder de aandacht brengen met als voornaamste doel het bevorderen van de kwaliteit van het tuchtrecht.
De vereniging heeft inmiddels 25 leden, de tweede bijeenkomst voor leden staat gepland. Hoeveel advocaten zich met tuchtrecht bezighouden is onbekend, maar dat het rechtsgebied een ondergeschoven kindje is, staat voor de drie advocaten vast. ‘Het is iets wat je er wel even bij doet, denken veel advocaten. Terwijl het een ontzettend ingewikkeld rechtsgebied is op het snijvlak van strafrecht, civiel recht en bestuursrecht,’ zegt De Leon.
Volgens Kabalt denken advocaten die voor de tuchtrechter moeten verschijnen, dat ze dat varkentje zelf wel even wassen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld medici of notarissen. ‘Pas als er bijvoorbeeld een voorwaardelijke schorsing in eerste aanleg wordt opgelegd, zien ze dat het serieus is en dat de belangen groot zijn. In tweede aanleg nemen ze dan een advocaat in de arm. Het bevordert de kwaliteit van het tuchtrecht om dat eerder te doen.’
De Leon: ‘Het is bovendien goed met gepaste afstand naar jezelf te kijken. Dat gaat het best door er een advocaat of gemachtigde bij te betrekken.’
Advocaten reageren vooral afstandelijk wanneer je over tuchtrecht begint, is de ervaring van Van Gaalen. ‘Maar door de verharding en de veramerikanisering van de maatschappij krijgen advocaten vroeg of laat te maken met de tuchtrechter. Het is daarom goed dat de kwaliteit van het tuchtrecht meer aandacht krijgt en dat er in de volle breedte naar het tuchtrecht wordt gekeken.’
De vereniging signaleert dat niet alleen binnen de advocatuur het aantal tuchtzaken toeneemt, maar ook binnen andere beroepsgroepen, zoals de medische wereld en het notariaat. Tuchtrecht is van steeds groter belang, stelt Kabalt. Volgens hem komt dat ook doordat tuchtuitspraken tegenwoordig openbaar zijn. ‘Dat heeft een grote impact op de beklaagde en daarnaast heeft een tuchtrechtelijke veroordeling gevolgen voor de civielrechtelijke aansprakelijkheid.’
Volgens Kabalt lijkt het er verder op dat er de laatste jaren zwaardere maatregelen worden gegeven. Schorsingen en schrappingen zijn geen uitzonderingen meer. In 2016 schrapte het hof van discipline acht advocaten. Vijftien advocaten werden (deels) onvoorwaardelijk geschorst en zes advocaten voorwaardelijk. Of die trend een goede is, laten de drie advocaten in het midden. ‘Maar dat de impact ervan enorm is, staat vast,’ zegt De Leon. ‘Bij een schorsing verschijnt op de website van de NOvA achter je naam een aantekening zonder het voorval of de reden te noemen. Dat heeft effect op je praktijk.’
Als het aan de drie advocaten ligt, komen er concrete richtlijnen voor tuchtrechtelijke maatregelen. Dat geeft duidelijkheid en draagt bij aan de rechtszekerheid en transparantie, stelt Van Gaalen. ‘Het mag niet zo zijn dat de ene raad anders straft dan de andere.’ Het blijft wel mensenwerk, voegt De Leon toe. ‘Richtlijnen zijn goed, maar er moet altijd worden gekeken naar de feiten en omstandigheden.’
Dat geldt volgens de bestuursleden ook voor de gedragsregels die momenteel onder de loep worden genomen. Een goede ontwikkeling, vindt Van Gaalen. ‘Ze kunnen korter en duidelijker en ze moeten gemoderniseerd worden. Zo pleit ik voor het benoemen van de invloed van social media in de gedragsregels en moet er in het tuchtrecht duidelijker een link worden gelegd met de kernwaarden van de advocatuur.’
Een doel voor het aantal leden van de vereniging heeft het driemanschap niet. Kabalt: ‘Ook daarvoor geldt dat het bewaken van de kwaliteit belangrijk is. Klein blijven is dan zo gek nog niet.’
Dit artikel is verschenen in het maartnummer van het Advocatenblad. De hele editie is hier te lezen.