Om civiele procedures voortvarender en effectiever te doen verlopen, moet het bewijsrecht worden aangepast, stelt een expertcommissie in een advies aan de minister van Veiligheid en Justitie. Betrokken partijen dienen veel eerder dan nu alle beschikbare en relevante informatie op tafel te leggen.
De expertcommissie werd in 2014 in het leven geroepen, naar aanleiding van het politieke debat over het wetsvoorstel Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De behandeling van het wetsvoorstel heeft al die tijd stilgelegen. Voorzitter van de expertgroep is rechter en hoogleraar geschilbeslechting Fred Hammerstein.
De expertgroep vindt dat de huidige wijze van procesvoering niet meer voldoet aan de eisen van de tijd. De samenleving heeft behoefte aan voortvarende en effectieve civiele procedures, waarbij essentieel is dat een zorgvuldige wijze van procesvoering en een behoorlijke vaststelling van de feiten plaatsvindt, luidt het oordeel. Dat is alleen mogelijk als direct bij aanvang van de procedure zoveel mogelijk alle relevante informatie beschikbaar is.
Op dit moment is daar geen sprake van. De praktijk van het civiele proces kenmerkt zich door een, traditioneel bepaalde, terughoudende en afwachtende opstelling van procespartijen. Zolang ze niet worden gedwongen neigen partijen ertoe op het gebied van informatieverschaffing eerder minimalistisch dan volledig te zijn, stelt de expertgroep. ‘Een dergelijke opstelling komt de efficiëntie van het civiele proces niet ten goede, omdat de voor een juiste beoordeling van de zaak vereiste informatieverschaffing pas gaandeweg de procedure plaatsvindt.’ De cultuur van afwachten beperkt zich niet tot de procespartijen. ‘Ook de civiele rechter benut zijn bevoegdheden om alle relevante informatie van partijen te verkrijgen lang niet altijd ten volle. Veel rechters lijken eveneens vast te zitten in een traditioneel bepaalde, terughoudende en ten opzichte van partijen afwachtende (lijdelijke) opstelling, waarbij het aan partijen wordt overgelaten te bepalen welke informatie in de procedure wordt ingebracht.’
De expertgroep is helder in haar advies: de belangrijkste verbeteringen van het bewijsrecht moeten worden gezocht in het tijdig en volledig aanleveren van bewijsmateriaal door partijen, waar nodig onder regie van de rechter. Tijdig betekent bij aanvang van de procedure. Volgens de experts moet veel meer aandacht uitgaan naar de bewijsgaring vóór de aanvang van de procedure, in plaats van naar bewijslevering tijdens de procedure. Dat laatste is vaak de oorzaak van complicaties en vertraging van de procedure.
Om een voortvarend en effectief verloop van de civiele procedure mogelijk te maken, is het noodzakelijk dat zowel partijen als rechters een cultuuromslag maken, stelt de expertgroep. Het is niet genoeg dat er wettelijke verplichtingen voor partijen en wettelijke bevoegdheden voor rechters zijn. ‘Zowel partijen als rechters moeten óók overtuigd zijn van het belang van volledige informatieverschaffing in een vroegtijdig stadium van de procedure. Pas dan kan er een procespraktijk ontstaan, waarin het normaal is dat alle relevante informatie direct vanaf het begin van de procedure beschikbaar is voor zowel partijen als de rechter.’