Handhaving buiten de rechter om leidt weliswaar tot een afname van strafzaken, maar brengt ook risico’s met zich mee. Dat stelt de Raad voor de Rechtspraak in het jaarverslag 2016. Vorig jaar kwamen 106.000 strafzaken voor de rechter; een daling van twaalf procent ten opzichte van 2015.

De laatste jaren wordt ongeveer de helft van de strafzaken afgedaan zonder rechter. Het Openbaar Ministerie kan zelf straffen opleggen of een schikking treffen met verdachten. Dat gebeurt vooral in eenvoudige zaken, maar er worden ook miljoenenschikkingen getroffen met bedrijven, die zo de gang naar de rechter afkopen, aldus NOS.

Die werkwijze is echter een risico, betoogt Frits Bakker, voorzitter van de Raad voor de rechtspraak. ‘De rechter kan die transacties niet op juistheid toetsen. De samenleving moet kunnen vaststellen en controleren dat er wordt opgetreden en dat er straf staat op het overtreden van wetten en regels.’

Naast een dergelijke transactie buiten de rechter zijn ook bestuurlijke boetes van gemeentes en naheffingen van de Belastingdienst manieren om de rechter te passeren bij het afpakken van geld van verdachten.

De Raad voor de Rechtspraak pleit voor een verbetering van de strafrechtketen in plaats van deze te vermijden. Het efficiënter uitwisselen van informatie tussen politie, OM en rechtspraak is daarbij het hoofddoel. Bakker: ‘Dat de rechercheur niet het proces-verbaal moet printen, terwijl bij de volgende partij het papieren proces-verbaal eerst wordt gescand om het verder digitaal te kunnen bewerken.’

Eerder deze maand vroegen politie, OM en de Rechtspraak de politiek om een jaarlijkse extra investering van € 100 miljoen om onder meer de ICT-systemen te moderniseren.

Advertentie