Hebben corporate advocaten een verantwoordelijkheid tegenover het grote publiek? Die vraag staat donderdag ter discussie bij het congres Legal Ethics and Corporate Lawyers: friends or foes?, georganiseerd door de Vrije Universiteit Amsterdam in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en De Brauw Blackstone.
‘Je verantwoordelijkheid als corporate advocaat gaat verder dan enkel je cliënt wijzen op zijn rechten en de letter van de wet volgen,’ aldus spreker prof. Sung Hui Kim van de Universiteit van Californië in Los Angeles. Die wet kent namelijk lacunes, stelt zij. ‘Er zitten fouten in.’
‘Het recht is langzaam en loopt altijd een of meerdere stappen achter,’ aldus Kim. ‘Het is dus belangrijk om het recht te respecteren, maar ook om je morele kompas te laten spreken. Daarnaast zijn er de gaten in de wet. Het is erg moeilijk en kostbaar voor de wetgever om sluitende wetgeving te maken die niet te ruim, maar ook niet te nauw, is opgesteld.’
Ander punt om volgens Kim in het achterhoofd te houden: de wet zelf kan een product zijn van ‘corrupted forces’. ‘Daarmee wil ik niet beweren dat politici corrupt zijn, maar de wetgever handelt wellicht niet altijd in het belang van het publiek. Kijk bijvoorbeeld in Amerika naar de belastingtarieven. De allerrijksten betalen in verhouding minder belasting dan bijvoorbeeld een leraar of verpleegster. Waarom is dat? Is dat omdat het recht langzamer werkt? Of is het omdat het politieke systeem ‘corrupted’ is. De armen brengen immers niet de inkomsten voor politieke campagnes binnen. Neem de wet dus in acht, maar kijk verder dan de vraag of je de ‘rule of law’ volgt. Kijk ook naar de langere termijn. De wet moet alle burgers respecteren. Dat geldt ook voor corporate advocaten.’
Kim benadrukt: ‘Ook al heb je ervoor gekozen om een deel te worden van een bepaalde professie, je mag nog steeds vanwege morele waarden werk weigeren. Daarnaast is het ook gewoon lastig om onafhankelijk te blijven en de ‘rule of law’ in acht te nemen als je voor je loonstrookje afhankelijk bent van je cliënten. Bovendien gaat het bij die onafhankelijkheid niet alleen om wensen van de cliënten, maar ook om empathie die je ontwikkelt als je voor een cliënt werkt.’