De verhouding tussen de rechten en plichten van de verdachte en die van de andere procesdeelnemers is in de concept-wetsvoorstellen voor boek 1 en 2 van het Wetboek van Strafvordering niet in evenwicht. Dat is een van de belangrijkste zorgen die de NOvA uit in een consultatiereactie aan demissionair minister Blok van Veiligheid en Justitie.
‘Na grondige bestudering van de concept-wetsvoorstellen voor boek 1 en 2 van het Wetboek van Strafvordering blijkt dat de belangrijkste zorgen, die de NOvA in 2015 uitsprak over de Contourennota, niet zijn weggenomen,’ schrijft de NOvA in de brief. ‘Hoewel enkele (vlijm)scherpe randjes van de eerdere plannen af zijn en sommige voornemens zelfs de rechtsbescherming ten goede kunnen komen, blijft de NOvA aandacht vragen voor een aantal cruciale knelpunten.’
Positie verdediging
Volgens de NOvA wordt er nog onvoldoende acht geslagen op de positie van de verdediging en de benodigde rechtswaarborgen. ‘Vrijwel geen aandacht is er voor de positie van de verdachte zonder advocaat. De kans die de modernisering van het Wetboek van Strafvordering biedt om bepaalde rechten van de verdachte alsmede beginselen van behoorlijke procesorde duidelijker in de wet te verankeren, wordt in de huidige plannen nog onvoldoende benut.’
Gebrek aan capaciteit
Daarnaast wijst de NOvA op de noodzaak om ‘de praktijk op orde te brengen’. ‘Alleen nieuwe regels lossen veel van de problemen waar de strafrechtspleging mee kampt niet op. Het echte probleem zit in een gebrek aan capaciteit en slecht functionerende werkprocessen bij politie, Openbaar Ministerie en de zittende magistratuur. Daarnaast is er de afgelopen jaren veel bezuinigd op de gefinancierde rechtsbijstand. Om het nieuwe wetboek straks succesvol te kunnen implementeren, zijn nu investeringen nodig.’
Stellen van concrete termijnen
De NOvA vindt verder dat het stellen van concrete termijnen aan het optreden van politie en justitie de kwaliteit van het proces ten goede kan komen. ‘Zowel de verdachte, het slachtoffer als de samenleving als geheel zijn daarbij gebaat. In de bewaking van de gestelde termijnen zou moeten worden voorzien door sanctionering in het Wetboek van Strafvordering zelf.’
Verschillende organisaties hadden tot 1 juli de tijd om te reageren op de concept-wetsvoorstellen. Het is nu wachten op het advies van de Raad van State.