De eventuele berechting van verdachten voor het neerhalen van vlucht MH17 zal volgens Nederlands recht plaatsvinden. Dat heeft het kabinet woensdag laten weten aan de Tweede Kamer.
Volgens de betrokken ministers Blok (Justitie) en Koenders (Buitenlandse Zaken) hebben de landen wiens opsporingsautoriteiten samenwerken in het Joint Investigation Team (JIT) – Australië, België, Maleisië, Oekraïne en Nederland – daartoe gezamenlijk besloten.
Of er daadwerkelijk ooit verdachten voor de Nederlandse rechter verschijnen, is vooralsnog ongewis. Het strafrechtelijk onderzoek dat het JIT uitvoert, is nog in volle gang. Het Nederlandse Openbaar Ministerie besluit op grond van dat onderzoek over strafvervolging. Volgens het kabinet betreft het een zaak van lange adem.
Eerst nationale vervolging
Nationale vervolging krijgt de voorkeur boven de oprichting van een internationaal tribunaal van de vijf JIT-landen, die uiteenlopende rechtssystemen kennen.
Het Internationaal Strafhof ICC in Den Haag is evenmin een optie. Volgens een woordvoerster van V&J is het ICC complementair aan nationale rechtsstelsels en komt dat pas in beeld als nationale vervolging niet mogelijk blijkt.
Lees ook Kernteam advocaten voor MH17