De nieuwe deken van West-Brabant en Zeeland, Lex Lensink, wil een bijdrage leveren aan de instandhouding van de advocatuur. Dat zegt hij in een interview met het dagblad BN DeStem. Het toenemend aantal juridisch adviseurs vormt een bedreiging voor de beroepsgroep, meent Lensink.
Er komen steeds meer juridisch adviseurs, constateert Lensink (1953), die per 1 juli Emilie van Empel opvolgde als deken van West-Brabant en Zeeland. ‘Vaak zijn zij niet juridisch opgeleid en niet geïnstalleerd als advocaat, terwijl ze dat soms wel suggereren.’ Lensink zegt zijn eerste aangifte tegen een nep-advocaat al te hebben gedaan.
Voor advocaten gelden onder meer de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht. ‘Voor niet-advocaten gelden die niet en als zij de schijn wekken van wel, dan is dat misleiding van het publiek. Daar strijden wij tegen.’
Lensink, die al sinds 1978 actief is als advocaat in Bergen op Zoom, is partner bij Prisma Advocaten.