Het nieuwe kabinet zegt de rechtsstaat te willen waarborgen, maar extra geld om te garanderen dat rechtzoekenden een advocaat krijgen komt er niet.
Door Nathalie Gloudemans-Voogd
Wie in het regeerakkoord zoekt op ‘rechtsbijstand’ treft de term slechts in drie korte passages. Zo laten Rutte en co. weten het stelsel van gefinancierde rechtshulp te herzien conform de rapporten van de commissie-Wolfsen en Van der Meer. ‘Er worden geen rechtsgebieden uitgezonderd waarvoor rechtsbijstand kan worden aangevraagd,’ vermeldt het regeerakkoord nog wel. Maar de rapporten van de commissies die de regering instelden, konden rekenen op grote kritiek uit de advocatuur. Over het rapport van de door de NOvA ingestelde commissie-Barkhuysen zegt het kabinet niets.
‘Dit is een uitermate tegenvallende uitkomst van jaren overleg,’ laat de NOvA weten. Zo gaat er geen cent extra naar de gefinancierde rechtshulp. Daarmee doet het regeerakkoord geen recht aan het tussenrapport van de commissie-Van der Meer, stelt de NOvA. De puntentoekenning is ontoereikend en de inkomensschaal die Wolfsen voorstelde, is met het huidige vergoedingenniveau niet te halen, is een van de conclusies in het tussenrapport. Het verwachte gevolg is dat de sociale advocatuur leegloopt en de rechtzoekende minder vaak terechtkan bij een advocaat.
‘Kwaliteit kost geld,’ zegt voorzitter Hein Vogel van de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN). Vogel ziet donkere wolken voor rechtzoekenden. ‘Die vinden hun recht niet meer.’ Ook de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA) is teleurgesteld over het regeerakkoord, zeker na de uitlatingen van voormalig staatssecretaris Fred Teeven (VVD) over de motieven achter de bezuinigingen. ‘Het kabinet spreekt over “een democratische rechtsstaat” en “een weerbare rechtsstaat”. Dan zou het passen die rechtsstaat ook te waarborgen door de advocatuur een reëlere vergoeding toe te kennen,’ zegt Gert Jan Mooren van de NVSA.
Asielrechtadvocaten lazen met verbijstering over rechtsbijstand in hun vakgebied. Het regeerakkoord vermeldt dat asielzoekers pas een advocaat krijgen als er een voornemen tot afwijzing van hun aanvraag ligt. Nu is dat vanaf het moment van aanvraag. De Vereniging Asielrechtadvocaten (VAJN) noemt het een “drastische inperking van de rechtsbijstand”. De VAJN verwacht dat de maatregel zal leiden tot meer procedures en hogere kosten. De tijdwinst is hoogstens een aantal dagen (die waarschijnlijk ruim gecompenseerd wordt door de beroepsprocedures).
Hoe de summiere teksten van Rutte III in de praktijk uitpakken, is nog onduidelijk. Een mogelijk pijnpunt voor de advocatuur zit in de experimenteerbepalingen waar de Raad voor de rechtspraak tijdens de formatie op aandrong. Rutte III staat het de Rechtspraak toe te experimenteren met eenvoudige procedures. ‘Vanzelfsprekend dient de toegang tot de rechter hierbij niet te worden beperkt,’ stellen de partijen nog.
De commissie-Van der Meer presenteert op 25 oktober haar eindconclusies.
Dit artikel is verschenen in het Advocatenblad van oktober 2017. De hele editie is hier te lezen.