Het Burgerlijk Wetboek is al vijfentwintig jaar de bakermat van het Nederlandse burgerlijke recht. Of rechtenstudenten en juristen daar blij mee zijn, is weleens de vraag: niet alle wetsartikelen zijn even makkelijk uit te leggen.

Door Sylvia Kuijsten

De bundel Vijftig weeffouten in het BW (2017, Ars Aequi Libri) van Friso van de Pol en anderen behandelt daarom vijftig problemen uit alle boeken van het Burgerlijk Wetboek waar men in de praktijk of in de wetenschap tegenaan loopt. Aan bod komen onder andere gezagsbeëindiging, de vaststellingsovereenkomst, het ontbreken van artikel 2:217a BW, de volmachtverlening door een handelingsonbekwame, consumentenkoop en kwalitatieve aansprakelijkheden.

Hoewel de titel wellicht anders doet vermoeden, benadrukken de auteurs dat het boek bedoeld is als lofzang. Door de bestaande fouten aan te kaarten, hopen zij het BW verder te verbeteren. Die missie lijkt grotendeels geslaagd met een overzichtelijke inhoudsopgave en vlotte teksten, enkele wollige passages – geheel in lijn met het BW – daargelaten.

 

Advertentie