Een aantal Amsterdamse advocaten pleit voor een fonds waarmee meer opleidingsplaatsen in de sociale advocatuur kunnen worden bekostigd. Hoewel deze tak met financiële problemen kampt, is in het regeerakkoord geen extra geld uitgetrokken voor de gefinancierde rechtsbijstand.

Zuidas-advocaten Albert van Marwijk Kooy (Van Doorne advocaten) en Jaap van Slooten (Stibbe) en de sociale advocaten Karin van Lotringen (Hemony Advocaten) en Floor Engelbertink (Van Doorn cs Advocaten) roepen samen met Germ Kemper (oud-deken van de Amsterdamse orde) en Mies Westerveld (hoogleraar Toegang tot het recht aan de Universiteit van Amsterdam) in NRC op tot actie. Door de geringe inkomsten zijn ze bang dat weinigen zich nog aangetrokken voelen tot de sociale advocatuur.

Voor het fonds is op jaarbasis 150.000 euro nodig. ‘Hiervan kunnen jaarlijks drie tot vijf sociale advocaat-stagiairs de beroepsopleiding volgen,’ zegt Kemper. ‘Het geld wordt gebruikt om de beroepsopleiding te financieren, maar ook om initiatieven te ontwikkelen waarmee juridische informatie voor de sociale advocatuur – denk bijvoorbeeld aan Legal Intelligence – makkelijker toegankelijk wordt.’ Hij erkent dat deze middelen het probleem rondom de gefinancierde rechtsbijstand niet oplossen, maar ze leveren in ieder geval een bijdrage, stelt hij.

Gebrek aan steun NOvA

‘Voor het fonds hebben we de steun nodig van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA), maar die is er nog niet,’ zegt Van Slooten. Volgens hem deden twee jaar geleden, toen werd gestart met de oprichting van het fonds, twee Zuidas-kantoren al een harde toezegging om een financiële bijdrage te leveren. Verschillende andere kantoren toonden ook interesse. Door het gebrek aan steun van de Algemene Raad van de NOvA, met algemeen deken Bart van Tongeren aan het hoofd, kwam het project destijds stil te liggen.

De gedachte achter het benaderen van de grote Zuidas-kantoren ligt volgens de zes initiatiefnemers voor de hand. ‘Het aantal sociale advocaten daalt omdat hen het water aan de lippen staat, terwijl commerciële advocaten geregeld een veelvoud van de Balkenendenorm zouden verdienen.’

‘We hopen alsnog in overleg te kunnen treden met de NOvA en meer kantoren te vinden die ons fonds steunen,’ verklaart Van Slooten de oproep in NRC.

Reactie NOvA

Theda Boersema, lid van de Algemene Raad, laat in een reactie weten dat er in het verleden al met twee van de initiatiefnemers is gesproken. ‘De gelden uit het fonds zouden alleen worden aangewend voor advocaten uit het arrondissement Amsterdam. Dit vond de Orde bezwaarlijk. Niet elk arrondissement heeft immers een goudgerande Zuidas waar men met de pet langs kan gaan.’

Bovendien is het een druppel op de gloeiende plaat, meent ze. ‘Een sympathiek gebaar, maar bij lange na niet genoeg om het door achterstalligheid van de Staat veroorzaakte probleem op te lossen.’

Boersema benadrukt dat de toegang tot het recht een overheidstaak is en niet afhankelijk dient te zijn van de vrijgevigheid van advocaten. ‘We gaan noodlijdende huisartsen ook niet betalen door de salarissen van specialisten af te romen. De Orde wil geen inkomenspolitiek bedrijven en is vóór marktwerking in de zakelijke dienstverlening.’

Advertentie