Twee van de berispte advocaten zijn bestuurders van De Haan, de andere twee procedeerden namens de Stichting Waardevermindering door Aardbevingen Groningen (Stichting WAG). De procedure volgt na eerdere pogingen tussen de deken en het kantoor om tot een akkoord te komen.
Groningers die meenden schade te hebben opgelopen door aardgas-aardbevingen konden vanaf 2013 tegen betaling van honderd euro deelnemen in de betreffende stichting, die inmiddels ruim 4.000 leden telt. De deelnemers tekenden in het contract met het advocatenkantoor voor onder meer een succesfee: bij een gunstig resultaat zou De Haan vijf tot tien procent van de schadevergoeding ontvangen.
Volgens de plaatselijke deken is die afspraak in strijd met de onafhankelijkheid en integriteit van het kantoor. De advocaten betoogden dat de financiële constructie wél toelaatbaar was, onder meer omdat het om een aanvulling op een kostendekkend basistarief zou gaan.
Strijd met kernwaarden
De raad van discipline volgde de redenering van de deken. De financiële constructie zou ertoe kunnen leiden dat het advocatenkantoor niet uitsluitend het belang van de cliënten voorop stelt, maar bij het maken van keuzes ook het eigen (financiële) belang in het achterhoofd houdt. Verder oordeelde de tuchtrechter dat het advocatenkantoor teveel verweven is met de stichting, waardoor het in strijd handelt met de kernwaarden onafhankelijkheid en integriteit.
De raad legde de vier advocaten een berisping op. Daarbij speelde ook mee dat de advocaten voor een andere financiële constructie hadden kunnen kiezen. De Haan Advocaten heeft al aangegeven in hoger beroep te gaan.