De Tweede Kamer overlegde woensdag met minister Dekker over de rechtspraak. Daarbij kwam zijdelings de verplichte procesvertegenwoordiging aan de orde. VVD’er Van Oosten vroeg Dekker een einde te maken aan de verplichting voor rechtzoekenden om een advocaat in de arm te nemen als ze na een uitspraak van de kantonrechter in hoger beroep gaan.
Op dit moment zijn rechtzoekenden niet verplicht een advocaat in te schakelen als ze een zaak – tot een bedrag van 25 duizend euro – voor de kantonrechter brengen. Als partijen na de uitspraak in hoger beroep willen bij het gerechtshof, moeten ze dat echter wel. ‘Kan dat niet anders?’, vroeg Van Oosten woensdag aan minister Dekker. Volgens het kamerlid tonen zowel consumenten als bedrijven zich tevreden met de advocaatloze en daarmee goedkopere rechtsgang.
De VVD-bewindsman liet weten ‘best bereid’ te zijn de mogelijkheid te onderzoeken. Dekker verwacht in het najaar met een antwoord te komen.