De advocaat maakte aanspraak op zowel een resultaatgerichte beloning als een ongelimiteerd urenhonorarium. Dat bleek echter niet duidelijk uit de opdrachtbevestiging. De advocaat claimde recht te hebben op zo’n 33.000 euro, volgens de raad van discipline Arnhem-Leeuwarden een bedrag dat ‘in geen verhouding staat nu dit het belang van de zaak ruimschoots overstijgt’. Het bedrag kwam neer op ruim 75 procent van het behaalde resultaat.
Het hof gaat mee in de overwegingen van de raad. De advocaat had zijn cliënt duidelijker moeten informeren over wat hij in rekening zou brengen. Ook het uurtarief van 285 euro vond het hof gezien de aard en omvang van de zaak te hoog. Het hof rekent dit de advocaat zwaar aan en gaat over tot het opleggen van een voorwaardelijke schorsing van dertien weken. Daarnaast moet de advocaat het resultaatgerelateerd honorarium van zo’n 9.500 euro binnen vier weken aan de cliënt terugbetalen.