Het herstelrecht in het jeugdstrafrecht had de afgelopen jaren meestal een tijdelijk en incidenteel karakter, schrijft Dekker woensdag in een brief aan de Tweede Kamer. Hij is van plan het herstelrecht een vastere plaats te geven in het justitiële traject dat een jeugdige aflegt. ‘In beginsel dient in iedere strafzaak te worden overwogen of de zaak zich leent voor een herstelrechtelijke modaliteit,’ stelt de minister voor. De wijze waarop het herstelrecht wordt ingezet moet op ‘een voor de verdachte en het slachtoffer veilige en constructieve manier’.
Maar Dekker wil nu al ruimte maken voor herstelrecht in jeugdrechtstrafzaken in de vorm van mediation. Daarom maakt hij structureel 300.000 euro vrij binnen de JenV-begroting voor mediation in jeugdstrafrecht. Daarmee verwacht de minister een forse stijging van het aantal zaken te kunnen financieren.
De minister wil ook meer ruimte geven aan mediation in het reguliere strafrecht, maar kon nog niet garanderen dat er structureel een miljoen euro vrijkomt voor mediation in strafrecht. Voor dit jaar is dat bedrag wel beschikbaar gesteld. Of er jaarlijks ruimte in het budget voor is, laat hij de Kamer weten bij bij de begroting over 2019.