De CTIVD reageert in een brief aan minister Ollongren van Binnenlandse zaken (D’66) op het Wiv-wetsvoorstel.
In het artikel over de bevoegdheid tot het stelselmatig verzamelen van gegevens over personen uit open bronnen (artikel 38 Wiv 2002) ontbreekt in het wetsvoorstel de verwijzing naar artikel 30 Wiv 2017. Daarin staan extra waarborgen bij de inzet van bijzondere bevoegdheden bij advocaten en journalisten. Nu zouden deze waarborgen voor advocaten en journalisten niet gelden als inlichtingendiensten stelselmatig gegevens over personen verzamelen uit open bronnen. Dat acht het CTIVD niet wenselijk.
Gerichtheidsvereiste
Een andere belangrijke kanttekening gaat over het zogeheten ‘gerichtheidsvereiste’. Inlichtingendiensten moeten hun bevoegdheden ‘zo gericht mogelijk’ inzetten; het verzoek tot toestemming om bevoegdheden in te zetten moet aan dit vereiste voldoen. Deze aanpassing is ingegeven door de motie van Kamerlid Jeroen Recourt om te voorkomen dat een ‘sleepnet’ zou ontstaan.
Maar in de memorie van toelichting is het gerichtheidsvereiste niet verder gedefinieerd en ook in de parlementaire behandeling is geen definitie besproken. Het CTIVD adviseert daarom de betekenis van het begrip te expliciteren in de memorie van toelichting. De commissie geeft zelfs een voorzet: ‘Het begrip “zo gericht mogelijk” houdt in dat de mate van gerichtheid in het gehele proces van gegevensverwerking een rol speelt bij de rechtmatigheid daarvan. Zo gericht mogelijk behelst dat de inzet van een bevoegdheid zoveel als mogelijk wordt beperkt tot die targets, informatiedragers en gegevens die bij kunnen dragen aan de onderzoeksopdracht, de specifieke onderzoeksvragen en de doeleinden waarvoor de gegevens worden verwerkt. Concreet betekent dit dat een dienst bij de keuze voor de inzet van een bevoegdheid zich moet
afvragen (en motiveren) of de vragen van de dienst niet ook beantwoord kunnen worden met een nadere specifieke duiding van targets of van informatiedragers in gebruik bij deze targets. Daarnaast houdt dit in dat alleen die onderdelen van informatiedragers of gegevensbestanden worden verworven die aan het onderzoek van de dienst te relateren zijn.’
Ook de reikwijdte van het vereiste voldoet niet aan wat in de motie van Recourt stond. Beoogd was dat het gerichtheidsvereiste voor alle bevoegdheden zou gelden. In het wetsvoorstel zou het vereiste niet gelden voor de informantenbevoegdheid (de bevoegdheid om op vrijwillige basis gegevens te verzamelen). Het CTIVD adviseert daarom het gerichtheidsvereiste op te nemen in een apart lid. Bovendien wordt daarmee duidelijker dat het vereiste een zelfstandige betekenis toekomt en niet slechts een onderdeel is van het vereiste van proportionaliteit.
Een derde kanttekening die het CTIVD maakt gaat over de melding die nodig is als ongeëvalueerde gegevens met buitenlandse diensten gedeeld worden. Daar moet een eenduidige regeling voor komen wat de commissie betreft. Tot slot adviseert het CTIVD dat de Wet open overheid (Woo) ook moet gelden voor gegevens die het CTIVD verwerkt bij het uitvoeren van de Wiv 2017. Dat is volgens de commissie in het belang van de nationale veiligheid.
Sleepwet
Inmiddels is ook de internetconsultatie over de voorgestelde wijzigingen aan de Wiv 2017 gesloten. De regering beoogt de wijzigingen vanaf 1 januari 2019 te laten gelden. De Wiv 2017 is in ongewijzigde vorm al wel van kracht vanaf 1 mei jl. Een coalitie van onder meer de NVSA hebben met een kort geding geprobeerd bepalingen van de Sleepwet buiten werking te stellen, maar de rechter ging niet mee in die eisen.