Geijsen deed onderzoek naar kwetsbare verdachten, waarbij hij bijna veertig politieverhoren analyseerde. In 85 procent van de gevallen werden volgens hem suggestieve vragen gesteld. Ook kwamen opvallend weinig open vragen aan bod, ‘terwijl die de meeste informatie opleveren’. Verder had ruim driekwart van de verhoorders geen cursus over verhoortechnieken gevolgd. Volgens de promovendus is daarmee nog onvoldoende sprake van een objectieve, neutrale verhoorstijl tijdens politieverhoren.
Een laag IQ en psychologische problemen bij verdachten vormen volgens Geijsen ook een vergroot risico op valse verklaringen, zeker als dit niet als zodanig door de verhoorders wordt herkend. Hetzelfde geldt voor omstandigheden zoals slaapgebrek door het spenderen van nachten in een cel.
Naast het opnemen van de verhoren ziet Geijsen daarom graag dat iedere verdachte wordt beschouwd als ‘mogelijk kwetsbaar’. Door het stellen van open vragen en maar één vraag per zin, krijgen de verhoorders de meest betrouwbare informatie. De methode staat in Engeland bekend als investigative interviewing. Ook het mensvriendelijker maken van cellen zorgt volgens Geijsen voor meer betrouwbare verklaringen.
Geijsen promoveert in november aan Maastricht University.