‘Dekker creëert uitsterfscenario’
In juni nam Edwin Jonkman (46), verbonden aan Zumpolle Advocaten in Utrecht, het besluit. Vlak nadat hij in de hoedanigheid van bestuurslid van de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN) met verschillende Kamerleden om de tafel zat. ‘Ze willen wel praten over de gefinancierde rechtsbijstand, maar er komt geen geld bij. Alle rapporten over de staat van de sociale advocatuur worden in de wind geslagen. Het was de druppel.’
Na eerst bij de FNV als advocaat te hebben gewerkt en vervolgens ruim acht jaar voor Zumpolle Advocaten is Jonkman per januari 2019 advocaat af. ‘Ik doe ongeveer de helft op toevoeging en de andere helft betalend tegen een uurtarief van 160 tot 180 euro ex btw. De omzet ten aanzien van de toevoegingen loopt al jaren beetje bij beetje terug door alle maatregelen die door Den Haag zijn genomen in het kader van de gefinancierde rechtsbijstand. De omzet is nu zo’n 20.000 euro lager dan toen ik begon in 2010. Ik kan het niet meer compenseren met betalende cliënten.’
Jonkman, werkzaam in arbeidsrecht, sociaalzekerheidsrecht en huurrecht, verdient naar eigen zeggen nu gemiddeld zo’n 3.450 euro per maand voor werkweken van 45 tot 50 uur. Daar gaat de arbeidsongeschiktheidsverzekering van 500 euro per maand af, net als vakantiedagen en ‑toeslag. Aan het opbouwen van pensioen komt hij al helemaal niet toe. ‘Ik kom niet in de goot, maar dit is geen schaal 12. Dat was volgens de commissie-Wolfsen het uitgangspunt voor de sociaal advocaat wanneer een advocaat 75 procent op toevoeging werkt en 25 procent betalend. Ook het kabinet wil dat de puntvergoeding aansluit bij schaal 12, blijkt uit kabinetsbrieven.’
De Utrechtse advocaat zag de laatste jaren steeds meer toevoegingen uitstromen naar buurtteams. ‘Deze teams bestaan uit sociaal-juridisch dienstverleners die bijvoorbeeld bezwaarzaken binnen het sociaalzekerheidsrecht behandelen. Toen ik begon, waren deze teams ook in beeld, maar vooral voor het invullen van formulieren voor bijvoorbeeld het verkrijgen van huurtoeslag. Nu procederen ze ook in zaken waar een advocaat niet verplicht is. Dat gaat met de jongste plannen van minister Dekker nog veel meer verschuiven.’
Kwaliteit
De meeste zorgen maakt Jonkman zich over de kwaliteit van de rechtsbijstand. ‘Ik zeg niet dat sociaal-juridisch dienstverleners slecht zijn. Maar als mensen terechtkomen in een juridische procedure door de overheid veroorzaakt, is het de vraag of een partij die niet volledig onafhankelijk is dat moet behandelen.’
Wat triage betreft, denkt Dekker aan een combinatie van het Juridisch Loket en de Raad voor Rechtsbijstand. Dat zijn instanties die direct gekoppeld zijn aan het ministerie. Moeten die bepalen of een burger toegang heeft tot het recht? Daar gaat over geprocedeerd worden. Dat durf ik te voorspellen. Advocaten beoordelen onafhankelijk of er iets in een zaak zit. Wij kunnen als specialist beter bepalen of er kansen zijn voor een bepaalde zaak. De toegang van het recht staat onder enorme druk.’
Jonkman, die momenteel aan het solliciteren is, zegt de sociale advocatuur met pijn in het hart achter zich te laten. ‘Dekker biedt geen perspectief. Ik vraag me af of hij zijn kinderen zou adviseren om sociaal advocaat te worden. Ik denk dat hij het ze zou afraden.’
‘Ik maak niet zelden drie keer zoveel uur’
Een omslag maken naar andere rechtsgebieden en een commerciële praktijk opbouwen, ambieert ze niet. Door blijven werken onder dezelfde hoge werkdruk wil ze ook niet meer. Mede daarom laat Cathelijne Kolthof (44), sinds 2013 zelfstandig ondernemend advocaat bij Van Doorn cs Advocaten in Amsterdam, zich eind van dit jaar van het tableau schrappen. ‘Ik heb een gezin met twee dochters waar ik meer tijd aan wil besteden. Dat lukt nu niet, omdat ik het te druk heb om ervoor te zorgen dat ik een prettig inkomen overhoud. Dat heeft alles te maken met het stelsel.’
Kolthof doet voor 95 procent toevoegingszaken in het sociaalzekerheidsrecht, verbintenissenrecht en huurrecht. Ze merkt dat het steeds lastiger wordt om voldoening uit haar werk te halen. De nieuwste plannen van Dekker helpen daar bepaald niet bij.
‘De plannen hebben als uitgangspunt dat er te veel geprocedeerd wordt,’ vertelt de Amsterdamse advocaat. ‘De minister spreekt van verkeerde prikkels en stelt dat het voor advocaten loont om te procederen. Beloning moet worden verbonden aan het vinden van een oplossing, zegt hij. Toevoegingen worden echter verstrekt per zaak, dus ook voor het geven van advies. Daarnaast mag het resultaat van geleverde inspanningen niet doorslaggevend zijn.’
Onder procederen kom je vaak niet uit, stelt Kolthof. Als voorbeeld noemt ze het verkrijgen van een WIA-uitkering, een besluit van een bestuursorgaan. ‘Tegen zo’n besluit staat voor zes weken een bezwaarprocedure open. Om te kunnen bepalen of het besluit zorgvuldig is genomen, moet je deze procedure opstarten. Doe je dat niet, dan krijgt het besluit formele rechtskracht. Vaak ontstaat pas na verloop van tijd duidelijkheid over iemands rechtspositie. Discretionaire ruimte is er niet. Er is sprake van een recht of niet, daar zit niets tussenin.’
Triage
Volgens Kolthof zorgen een poortwachter en uitbreiding van de eerste lijn voor extra bureaucratie en kosten. De advocaat kan bij uitstek beoordelen of een zaak kans van slagen heeft, vindt ze. ‘Wat betreft de rechtshulppakketten maakt de minister de scheidslijn tussen het sociale domein en het juridische domein onduidelijker. De samenwerking tussen de eerste en tweede lijn kan beter, maar doe dat dan wel binnen het huidige stelsel.’
Kolthof denkt dat het ten koste van de kwaliteit gaat wanneer er meer partijen toetreden tot het stelsel. ‘Sociaal advocaten werken vanuit passie. Ze doen het niet voor het geld en hebben jarenlang geïnvesteerd in opleiding en ervaring. Een deel van onze taken gaat dan naar een domein dat niet gespecialiseerd is en waarop geen enkel toezicht is, ook niet tuchtrechtelijk.’
Kolthof doet veel WIA-zaken waar acht punten en dus acht uur voor staan. Het honorarium per uur bedraagt nu 105,61 euro, daarover moet ook nog btw worden afgedragen. Ze heeft niet zelden dat ze aan drie keer zoveel uren zit. ‘Tel uit je uurtarief.’ Kolthof wil haar interesse verleggen van het sociaal domein naar een heel ander gebied. Welk gebied weet ze nog niet. ‘Ik ben me nu in de mogelijkheden aan het verdiepen. Het is jammer, maar de rek in de sociale advocatuur is eruit.’