Het is het kantoor een doorn in het oog dat in de rechtspraak naar de rechter of andere functionarissen in de strafrechtpraktijk, zoals de officier van justitie, de advocaat en het slachtoffer, uitsluitend met ‘hij’ wordt verwezen, ook als het overduidelijk om een vrouw gaat.
‘Meer dan 50 procent van de rechters in Nederland is vrouw, maar in de taal van de rechtspraak bestaan zij niet,’ aldus de advocaten. ‘In januari van dit jaar benoemde de Hoge Raad in een uitspraak nog wat van ‘de raadsman’ mag worden verwacht, terwijl het een vrouwelijke advocate betrof. Dat was geen vergissing, maar welbewust want zelfs in zo’n situatie gebruikt de Hoge Raad uitsluitend het woord ‘raadsman’. Zo’n 45 procent van de advocaten is vrouw. Ook zij worden in de juridische taal consequent verzwegen.’
Gelijkheid
Volgens de advocaten staat het wegmoffelen van vrouwen in de taal van de rechtspraak op gespannen voet met het Internationale Vrouwenverdrag. ‘Dit verplicht onder meer de rechtspraak praktische verwezenlijking van het beginsel van gelijkheid van mannen en vrouwen door middel van passende middelen te verzekeren. Het Europees hof voor de rechten van de mens gebruikt wel dat standaard “he or she” voor algemene verwijzingen.’
De advocaten vinden dat ook de wetgever vrouw-inclusieve taal moet gaan gebruiken. ‘Juist nu een geheel nieuw wetboek van strafvordering in de maak is.’
Aangenaam verrast
De Hoge Raad laat als reactie weten aangenaam verrast te zijn door de brief van Jebbink en Van Zijl. De Hoge Raad is sinds een aantal maanden bezig met helder taalgebruik. ‘Dit project is gericht op heldere, begrijpelijke en goed leesbare uitspraken zodat de overwegingen en de beslissingen helder en trefzeker voor het voetlicht worden gebracht. De suggesties die het advocatenkantoor aanreikt, zullen binnen dit project worden besproken.’