Voor advocaten die zich hebben gespecialiseerd in het privacyrecht is er een nieuwe organisatie: de Vereniging Privacyrecht Advocaten. Lidmaatschap van de VPR-A moet als kwaliteitskeurmerk gaan gelden.
Volgens de nieuwe vereniging heeft de invoering van de AVG in mei vorig jaar een enorme impuls gegeven aan het privacyrecht. In de advocatuur is sprake van een duidelijke toename van vragen en zaken over het onderwerp, stelt de VPR-A, die rechtszoekenden wil helpen bij het vinden van een in privacyrecht gespecialiseerde advocaat.
Lidmaatschap staat open voor advocaten die onder meer vijf jaar lang ten minste vijfhonderd uur per jaar hebben gewerkt aan zaken op het gebied van privacy. Voor aspirant-leden gelden minder strenge eisen.
Het bestuur van de VPR-A bestaat uit professor Gerrit-Jan Zwenne (voorzitter),
Jeroen Koëter (secretaris), Ard Jan Dunnik (penningmeester) en de leden Olaf van Haperen, Cathérine Jakimowicz, Quinten Kroes, mr. dr. Elisabeth Thole en Hester de Vries.
De VPR-A hoopt op korte termijn door de NOvA te worden erkend als specialisatievereniging. De vereniging start in mei met een specialisatieopleiding bij de Universiteit Leiden. Die opleiding wordt verplicht voor nieuwe leden.
Advocaten met aantoonbare kennis en ervaring in het vakgebied kunnen zich nu al opgeven voor het lidmaatschap. Op dit moment telt de VPR-A circa dertig leden. Aanmelding kan via de website van de vereniging.