Toen op 9 september 2017 een jonge vrouw de politie belde met het bericht dat ze was overvallen terwijl ze stond te pinnen, sprongen agenten meteen in de auto. Al snel hadden ze een verdachte te pakken. Die bekende vlot. Inderdaad, hij had zijn slachtoffer met een mes bedreigd bij de pinautomaat. Maar het echte verhaal, dat zat toch even anders.

D. vertelde dat de hele overval in scène was gezet. Hij had op de scooter van K. gereden en na een tijdje had K. boetes in zijn brievenbus gevonden. K. wilde dat D. die zou betalen. Als D. nu eens zijn vriendin zou overvallen en het geld aan hem geven, dan kon C. het geld terugvragen bij de verzekering.
K. houdt er een iets andere lezing op na. ‘We wilden met zijn allen uit eten gaan van dat geld. Het is raar dat D. geld moet afpakken van mijn vriendin en dat dan aan mij moet betalen. Dan betaalt mijn vriendin dus mijn boetes.’
De verdachten waren in 2017 net meerderjarig, maar de officier van justitie wil toch het jeugdstrafrecht toepassen. De verdachten hebben allemaal een verstandelijke beperking en gingen om met verkeerde vrienden. Inmiddels wonen ze niet meer in elkaars buurt en proberen ze hun leven op de rails te zetten.
K. hoeft van haar geen straf te hebben – hij heeft voor verschillende recente feiten in totaal 310 uur werkstraf gehad en als deze zaak daarbij was gevoegd, had het hem geen uur extra opgeleverd. Tegen D. eist ze 24 uur taakstraf, de helft voorwaardelijk; ook hij heeft recent nog twee taakstraffen gehad. De andere twee verdachten verdienen 48 uur werkstraf, vindt ze, de helft voorwaardelijk.
Advocaat Chris Hesen wijst op de verstandelijke beperking van D. Bovendien, zegt hij, D. is nu verhuisd naar een andere stad zodat hij niet meer met foute vrienden omgaat. En hij heeft zicht op een baan. ‘Om hem nu nog een werkstraf te laten uitvoeren, dat draagt nergens toe bij.’
Advocaat Mildred Helmers staat K. bij. Hij was niet het brein, zegt ze, dat was de vierde verdachte die er vandaag niet is. K. was niet bij de overval aanwezig en dus, vindt Helmers, kun je hem hooguit medeplichtigheid ten laste leggen. Juist dat staat niet op de tenlastelegging. Ze vraagt vrijspraak, of in elk geval geen straf.
De rechter houdt het eenvoudig. Voor haar zijn alle vier verdachten medeplegers. Ze vonnist conform de eis.
Meer weten? Lees de uitgebreide versie op advocatenblad.nl, rubriek Ter Zitting.