Dekker steekt het niet onder stoelen of banken dat hij het initiatief van SRK een warm hart toedraagt. Niettemin is het aan de NOvA om eisen te stellen aan de wijze waarop advocaten hun beroep uitoefenen, schrijft Dekker donderdag aan de Tweede Kamer in een voortgangsrapportage over de gefinancierde rechtsbijstand.
SRK heeft advocaten in loondienst. Het bedrijf uit Leidschendam wil hen via BrandMR inzetten om onverzekerde cliënten van rechtshulp te voorzien. Dat is echter in strijd met de Verordening op de advocatuur (Voda). Daarin staat dat advocaten in dienst van verzekeraars alleen verzekerde cliënten mogen bijstaan. De Haagse deken heeft BrandMR inmiddels aangekondigd dat hij de verordening zal handhaven.
Dekker spreekt van ‘een interessant initiatief, juist omdat het zich richt op die groep van middeninkomens’. De minister maakt er geen geheim van dat hij vindt dat de NOvA de regels moet aanpassen. ‘Het gaat er immers om dat de toegang tot het recht ook voor de middeninkomens mogelijk wordt. Daarbij is van belang dat de verordening innovatie niet (onnodig) belemmert’, schrijft hij.
Experiment
De NOvA heeft Dekker echter duidelijk gemaakt voet bij stuk te zullen houden. De orde toetst nieuwe vormen van dienstverlening door advocaten aan de vijf kernwaarden. BrandMR staat mogelijk op gespannen voet met de kernwaarde onafhankelijkheid.
Een eventuele mogelijkheid zou zijn om BrandMR toe te staan bij wijze van experiment. Volgens Dekker heeft de NOvA aangegeven daarvoor geen ruimte te zien. Een dergelijk experiment vereist een juridische basis en dat is niet mogelijk op korte termijn.
Het is nu aan toezichthouder ACM om zich een oordeel te vormen over de vraag of de loondienstmaatregel in de Voda in strijd is met het mededingingsrecht, schrijft Dekker aan de Kamer. SRK heeft de ACM inmiddels gevraagd een onderzoek te starten en te interveniëren als de Haagse deken besluit stappen te nemen tegen BrandMR.
Voor Dekker zelf is er geen rol weggelegd in de kwestie, maakt hij duidelijk. ‘Ik volg de ontwikkelingen op de voet.’