Wintgens (AKD) en Biemond (Allen & Overy) hebben via diverse kanalen, waaronder vorige maand via dit blad, hun kersverse aanstelling als D&I Partner openbaar gemaakt. Hun boodschap riep bij mij verschillende vragen op. Wat? Waarom? Hoe? Is het welgemeend? Een (nieuwe) poging tot imagoherstel? Een verkoopverhaal voor de (internationale) cliënten? Wat mij in de eerste plaats opviel, is dat ook voor deze taak dezelfde witte man van een (boven)gemiddelde leeftijd is aangesteld. Waarom is hij de geschikte persoon? Heeft hij voldoende affiniteit met de doelgroep? Was er geen vrouw en/of biculturele bereid om deze taak op zich te nemen? Of past dat niet in – zoals een van de heren dat noemt – de heersende cultuur van witte heteromannen?
Het ene kantoor is duidelijk: de focus ligt op man-vrouwverdeling. Maar welk signaal geef je dan af aan de lgbt+-gemeenschap en biculturele groep? Zoiets als: solliciteer niet, want er is nu even geen beleid voor jullie? Nog schrijnender is de reden van het nieuwe beleid, namelijk ‘specifieke verzoeken van klanten’ voor vrouwelijke medewerkers. Het andere kantoor met tevens een beleid voor de biculturele groep heeft ook wat uit te leggen. Heeft het zich afgevraagd hoe het bij Fatima kan overkomen om nu wél uitgenodigd te worden? En, hoe frustrerend kan het tegelijkertijd zijn voor Henk die baalt van zijn plotselinge ‘kleurloze’ profiel?
Laat ik ook gezegd hebben dat ik de aandacht voor het thema waardeer. De vraag is: waarom loopt de advocatuur decennialang achter de feiten aan? Gaat de D&I Partner nu voor verandering zorgen? De echte uitdaging is mijns inziens niet diversiteit (vooral gericht op instroom), maar inclusiviteit. Het gaat om: vertrouwen, accepteren dat er verschillen zijn én daar ruimte aan geven. Verandering begint in de maatschappij waarbij respect voor elkaars normen en waarden centraal moet staan. Zo verbaasde mij de reacties van mijn (voetbal)vrienden die vol onbegrip reageerden op het ontslag van voetbaltrainer Ron Jans in Amerika vanwege het gebruik van het ‘N-woord’. Het zou ‘zwaar overtrokken’ zijn. Echter, een beetje verdieping leert dat dit woord voor een grote groep staat voor een slavernijverleden en een huidige strijd voor gelijke behandeling.
Advocatenkantoren worstelen al bij de ‘voordeur’ met de confrontatie met (culturele) verschillen waardoor sommige sollicitanten geen schijn van kans hebben. Door zich buiten de ivoren toren te mengen in de maatschappij en interesse te tonen in elkaar, wordt deze confrontatie een stuk makkelijker. Onbekend maakt onbemind. Wij hebben geen D&I Partners nodig maar rolmodellen, zoals Aletta Jacobs. Dat vraagt om meer daadkracht vanuit de beroepsgroep én de doelgroep.