Het is een doordeweekse middag in mei. Myra (16) heeft met Roan (17) afgesproken bij een fietstunneltje in Nieuwegein. Ze kent hem via Instagram en ze zijn al eerder samen iets gaan drinken. Als ze aankomt op haar scooter is Roan er nog niet. Terwijl Myra afstapt en staat te wachten op Roan, loopt Dennis (17) langs haar. Direct daarna hoort Myra iets en ze draait zich om. Dennis staat bij haar en pakt met een hand haar sjaal stevig vast. In zijn andere hand heeft hij een mes, dat hij tegen haar keel aanzet. ‘Je gaat nu meewerken,’ zegt hij en pakt de scootersleutel uit haar hand. Dennis laat Myra los, loopt naar de scooter en start hem. Myra is zo geschrokken dat ze blijft staan. Ze heeft wel de tegenwoordigheid van geest om een paar foto’s te maken als Dennis, die ze nog nooit eerder heeft gezien, er op haar voertuig vandoor gaat.
Op basis van die foto’s en DNA-onderzoek wordt Dennis een paar maanden later aangehouden. ‘Tijdens politieverhoor heeft hij bekend, hij werd emotioneel,’ zegt zijn advocaat Mildred Helmers (HB advocaten, Utrecht). ‘Hij had veel spijt en liet meteen weten de spijt ook te willen betuigen.’

Helmers onderzoekt naar aanleiding van dat verhoor of mediation een haalbare kaart is. Ze zoekt contact met de officier van justitie in deze zaak, benadert het mediationbureau van de Rechtbank Midden-Nederland, de ouders van haar cliënt en de advocaat van de wederpartij.
‘De bedreiging met een mes op haar keel, heeft ontzettend veel impact op haar gehad,’ zegt Myra’s advocaat Xander Sijmons (Keistad Advocaten, Amersfoort). Myra wil begrijpen hoe Dennis tot zijn daad is gekomen. Dat is de reden waarom ze aan het mediationtraject wil meewerken.
Herstelrecht
Mediation in het strafrecht is een van de vormen van herstelrecht, of Restorative Justice, waaraan het kabinet meer bekendheid gaat geven. Minister Sander Dekker voor Rechtsbescherming (VVD) stuurde begin januari zijn plannen voor herstelrecht in het zogeheten ‘beleidskader herstelrechtvoorzieningen gedurende het strafproces’ met begeleidende brief naar de Kamer.
Het stimuleren van herstelrecht past binnen de tendens om slachtoffers een grotere rol te geven in het strafproces. ‘Hierbij staat centraal wat het slachtoffer nodig heeft voor herstel, en wat de verdachte of veroordeelde kan doen om verantwoordelijkheid te nemen en waar mogelijk te herstellen,’ schrijft Dekker in zijn brief aan de Kamer.
Bijkomend voordeel, schrijft de minister, is dat door de toepassing van mediation in strafzaken de kans op recidive afneemt. De Universiteit Maastricht (UM) en de Universiteit Twente (UT) doen nader onderzoek naar de factoren die een rol spelen bij de lagere kans op herhaling van criminaliteit na mediation.
Behalve mediation in het strafrecht zijn er andere vormen van herstelrecht. Bij herstelbemiddeling worden er ook bemiddelingsgesprekken gevoerd, georganiseerd door Perspectief Herstelbemiddeling. Deze gesprekken, gericht op bemiddeling en emotioneel herstel staan, anders dan bij mediation in het strafrecht, los van de strafrechtelijke procedure. De uitkomst wordt dan niet meegenomen bij de verder te nemen beslissingen in de zaak. Ook Halt-zaken, waarbij een jongere de gevolgen van zijn daden inziet en hiervoor zijn excuses kan aanbieden, vallen onder herstelrecht.
Informatie
In zijn plan beschrijft de minister verschillende manieren om herstelrecht te bevorderen. Met informatiemateriaal en een communicatieplan moeten slachtoffers, verdachten en veroordeelden beter worden geïnformeerd over de mogelijke inzet van herstelrechtvoorzieningen.
Daarnaast gaan onderzoekers alle landelijke en regionale voorzieningen voor herstelrecht in kaart brengen en beschrijven wanneer deze worden gebruikt.
En in een pilot wordt onderzocht hoe een centraal informatie- en meldpunt kan voorkomen dat trajecten van mediation in strafzaken en herstelbemiddeling elkaar doorkruisen.
Ook is er het voorstel om in de Innovatiewet Strafvordering op te nemen dat de rechter na een geslaagd mediationproces mag beslissen een zaak af te doen, een rechterlijke variant van het voorwaardelijke sepot van het OM.
Spannend
Het mediationtraject in de scooterzaak bestaat – na een telefonische voorlichting en commitmentcheck door het Mediationbureau – uit een gesprek met de verdachte, een gesprek met het slachtoffer en een derde gesprek met zowel de verdachte als het slachtoffer. Bij alle – vertrouwelijke – gesprekken zijn twee onafhankelijke en onpartijdige MfN registermediators gespecialiseerd in strafzaken betrokken. De advocaten mogen tevens aanwezig zijn bij de individuele intakegesprekken met hun cliënt en in overleg bij het daaropvolgende gezamenlijke gesprek. In dit geval zijn de ouders van de verdachte er ook bij aanwezig. De ouders van het slachtoffer zagen niets in dit traject, en zijn er niet bij.
Tijdens het gezamenlijke gesprek vertelt Dennis hoe het zover is gekomen. Hij was benaderd door Roan. Roan had hem gevraagd of hij de scooter van een kennis wilde afpakken om hem door te verkopen. Als Myra hem vraagt waarom hij het heeft gedaan, moet hij flink bij zichzelf te rade gaan. ‘Het leek me spannend.’ Maar direct nadat hij het had gedaan, kreeg hij vreselijke spijt. ‘Ik ben dom geweest,’ zegt hij. En hij begint te huilen. Myra huilt ook.

Myra vertelt dat ze veel last heeft van wat er is gebeurd. ‘Sinds de bedreiging is ze wantrouwend, prikkelbaar, bang om alleen over straat te gaan. Ze is niet meer de vrije, blije meid die ze was,’ zegt Sijmons. ‘Ze is schrikachtig en heeft een angst ontwikkeld. Uiteindelijk is ze met deze klachten ook naar een psycholoog gegaan.’
Dennis’ ouders zijn geschokt door hetgeen hun zoon Myra heeft aangedaan. Tegen haar zeggen ze: ‘Wat heftig wat jou is overkomen, en wat goed dat we hier met z’n allen bij elkaar zitten.’
Opgelucht
Na afloop van de mediation is Myra opgelucht, al voelt ze zich nog steeds verdrietig over wat er is gebeurd. Dat ze door Roan, die ze had leren kennen als een open, oprechte jongen, in de val is gelokt, raakt haar ontzettend. Roan, die ook is aangehouden, blijft zijn rol ontkennen. ‘Maar het heeft haar geholpen dat ze Dennis vragen kon stellen,’ zegt haar advocaat. ‘En om te zien dat hij oprecht spijt heeft. Door deze mediation is haar angst afgenomen en kan ze de ervaring gaan afsluiten, heeft ze tegen mij gezegd,’ vertelt Sijmons.
Mildred Helmers, Dennis’ advocaat, kijkt terug op een indrukwekkend gezamenlijk gesprek. ‘De verdachte en het slachtoffer hebben elkaar in de ogen kunnen kijken, mijn cliënt heeft oprecht spijt betuigd, hij werd daarbij ook emotioneel. Hij heeft gezegd: dit was eens maar nooit weer. Uiteindelijk zijn ze samen de rechtbank uitgelopen en zijn ze nog wat gaan drinken met elkaar. En ze blijven contact houden. Ik vind het heel bijzonder om te zien hoe volwassen twee minderjarigen met elkaar in gesprek zijn gegaan, hoe de verdachte zijn excuses maakte, hoe ze elkaars verdriet konden zien. Dat is het hoogst haalbare wat je kunt bereiken in het strafrecht.’
Coronacrisis
Vanwege de coronacrisis worden er voorlopig geen nieuwe mediations opgestart. Het is wel mogelijk per mail of telefonisch mediations aan te melden. Lopende mediations gaan zoveel mogelijk door, tenzij de mediators in overleg met partijen anders beslissen, meldt de Raad voor de Rechtspraak.
Verankering
Restorative Justice Nederland (RJN) en de Universiteit Maastricht zijn drie jaar geleden begonnen met het opstellen van een Voorstel van Wet strekkende tot de invoering van herstelrechtvoorzieningen in het Wetboek van Strafvordering. Hierover is veel contact geweest met de minister, ambtenaren en Tweede Kamerleden. In een gezamenlijke brief van 23 januari schrijven RJN en UM dat het ze goed doet te zien dat een aantal pijlers uit de proeve van wetgeving in het plan van de minister zijn opgenomen. ‘De minister zet goede stappen voorwaarts om herstelrechtvoorzieningen in het strafproces verder te verankeren. RJN en Universiteit Maastricht geven de minister ook nog een aantal overwegingen mee. Zo zou in alle gevallen na aangifte mediation de aangewezen voorziening moeten zijn. Ook zou zowel het slachtoffer als de verdachte het recht moeten hebben om te laten onderzoeken of mediation mogelijk is.
De Kamer besprak tijdens het algemeen overleg van 20 februari het plan voor herstelrecht van de minister en nam ook overwegingen van RJN en de Universiteit Maastricht mee. Alle partijen lieten weten positief te zijn over het voornemen om het herstelrecht een prominentere plek te geven in het strafrecht.
De Kamer vroeg de minister ook hoe hij deze rol voor herstelrecht denkt te gaan betalen. Het bedrag dat Dekker vorig jaar per mediation beschikbaar heeft gesteld, was niet voldoende. Er bleken meer mediations te zijn dan begroot. De minister heeft vervolgens geld bijgelegd. ‘Als zich dat ieder jaar voordoet, dan is het wel zo netjes om de begroting af te stemmen op wat er reëel nodig is.’
VVD en CDA benadrukten dat het herstelrecht niet in plaats van vergelding mag komen. De minister bevestigde dat. ‘Juist onder de schaduw van een heel sterke rechtsstaat en een heel sterke formele procedure ontstaat ook ruimte voor een meer menselijke kant van geschilbeslechting.’
Budget
Mediation in het strafrecht begon in 2010 als pilot bij de Rechtbank Amsterdam. Sinds 2019 is er structureel budget voor opgenomen in de justitiebegroting. Het bedrag van 1.029.000 euro voor mediation in het strafrecht en 300.000 euro voor mediation in jeugdzaken bleek in dat jaar echter niet genoeg te zijn. In de begroting voor 2020 heeft de minister 1.329.000 euro opgenomen voor mediation in strafrecht, waaronder jeugdzaken. ‘Mocht ook in 2020 het aantal mediations hoger blijken dan past binnen het beschikbare budget, dan zal ik met de Landelijk coördinator Mediation in Strafzaken bespreken op welke wijze de beschikbare middelen zo effectief ingezet kunnen worden,’ schreef de minister november 2019 in antwoord op Kamervragen van SP-Kamerlid Van Nispen.
Nóg een register?
Het plan van de minister om met een conceptwetsvoorstel te komen dat de kwaliteit van mediators moet garanderen, kwam ook naar voren in het debat. Dekker wil een wettelijk register voor beëdigd mediators introduceren. D66-Kamerlid Groothuizen plaatste hierbij een kritische kanttekening. ‘Voor zover ik weet is er al een register voor mediators. Als je kijkt naar innovatie en het voorkomen van juridisering, wat is dan de toegevoegde waarde nog van zo’n wettelijk register?’
Ook de Nederlandse orde van advocaten is niet te spreken over een wettelijk mediationregister. ‘De NOvA is positief over stimulering van het instrument mediation, maar het reguleren van het beroep van mediator is niet nodig,’ schrijft de NOvA in een brief van 17 februari, in de aanloop naar het Kamerdebat. De advocatenorde wijst erop dat er al een zelfregulerend registratie- en kwaliteitssysteem bestaat. ‘Hierbij hoort het maatschappelijk breed aanvaarde kwaliteitskeurmerk van de MfN. Dat werkt goed.’
Al met al zijn de plannen voor herstelrecht in het strafproces nog niet uitgekristalliseerd. Aan het eind van het Kamerdebat deed Dekker de toezegging de Kamer jaarlijks op de hoogte te houden over de vorderingen.
Believers
Officieren van justitie en rechters kunnen mediation in strafzaken inzetten. De behandeling van de strafzaak staat dan even on hold. Advocaten, onderzoekers van de Raad voor de Kinderbescherming en reclasseringsmedewerkers kunnen een rechter of officier van justitie verzoeken om te onderzoeken of een strafzaak zich voor mediation leent. En sinds een brief van minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker in 2018, moet in alle jeugdstrafzaken worden verkend of mediation tot de mogelijkheden behoort.

Judith Uitermark is rechter bij de Rechtbank Noord-Holland. Ze is sinds het begin van de pilots voor het Openbaar Ministerie en de rechterlijke macht betrokken bij mediation in strafzaken, vanaf april 2015 als landelijk coördinator Mediation in Strafzaken. Voor de verdere ontwikkeling ervan is het volgens haar van belang dat advocaten meer betrokken raken bij het tot stand komen van mediation. ‘De advocatuur is nog niet vaak de initiator. Het is nu vooral iets van believers.’ Advocaten zouden, bij een bekennende verdachte die spijt betuigt, de officier of de rechter vaker kunnen vragen of een zaak zich leent voor mediation, zegt Uitermark. Aan het eind van het mediationtraject kunnen advocaten meelezen met de afspraken die zijn gemaakt in de slotovereenkomst die uiteindelijk aan het strafdossier wordt toegevoegd. ‘Zo kunnen zij de belangen van hun cliënt goed verdedigen. Wat is er afgesproken? Is dat echt verstandig voor hun cliënt?’
Voorlichting
Advocaten klagen erover dat officieren te weinig verkennen of strafzaken zich lenen voor mediation. Bij het onderzoeken van de bereidheid van partijen om met elkaar in gesprek te gaan, trekken advocaten vaak de kar, zegt Mildred Helmers. Zij doet dat uit overtuiging. ‘Verdachte en slachtoffer worden er allebei beter van.’

Kim Roelofs, een van de twee mediators in de scooterzaak, denkt dat het persoonsafhankelijk is in hoeverre officieren van justitie of rechters initiatief tonen bij het onderzoek naar de mogelijkheid om mediation in te zetten. ‘Het is een nieuwe manier van omgaan met strafbare feiten. Sommige officieren willen bijvoorbeeld zelf de regie houden en zaken afdoen. Steeds meer officieren en rechters zien gelukkig ook dat je met het strafrecht niet alles kunt oplossen. Ze herkennen mediation als interventie die in sommige zaken gepast is. En zien dat mediation vergelding niet uitsluit. Voorlichting is nog steeds belangrijk om officieren en rechters meer bewust te maken van de meerwaarde van deze interventie.’
Tanja Waterreus is samen met haar collega Karin Bontenbal verantwoordelijk voor de mediationaanvragen van het OM Den Haag aan het mediationbureau van de rechtbank en het hof in Den Haag. ‘Ik ben hier zeven jaar bij betrokken. Het loopt goed. Het parket Den Haag heeft echt ruimte gemaakt om mediation op de rails te krijgen. We hebben hard gewerkt, maar het kan altijd beter. We zijn bevlogen om het nog meer tussen de oren te krijgen. Mediation in het strafrecht vraagt om een omslag in de manier van denken en werken. Het brengt niet alleen verdachten, maar ook slachtoffers veel. Binnen het parket denken steeds meer officieren aan de mogelijkheid van mediation.’
Volgens artikel 51h Sv bevordert het OM dat de politie in een zo vroeg mogelijk stadium het slachtoffer en de verdachte mededeling doet van de mogelijkheden tot bemiddeling. Veel medewerkers van het OM en de politie zijn volgens mediator Roelofs niet op de hoogte van dit artikel. Om mediation in het strafrecht verder tot ontwikkeling te laten komen, valt daar volgens haar nog een wereld te winnen.
Volgens Waterreus zou mediation bij de politie wat meer onder de aandacht kunnen komen, bijvoorbeeld tijdens de aangifte. En ook zouden de mogelijkheden van mediation deel moeten uitmaken van de opleiding van politie, OM en advocatuur.
Vergoedingen
Voor advocaten gaat er veel tijd zitten in het initiëren van een mediationtraject, zegt Helmers. En tijdens de mediationgesprekken wil ze aanwezig zijn om juridische begrippen te duiden voor haar cliënt. Maar ook om met de advocaat van de wederpartij te onderhandelen over de hoogte van de schadevergoeding, als dat aan de orde is. Al deze uren, noch de reiskosten, zijn declarabel. ‘Als advocaten voor hun werk niet worden beloond, wordt het meewerken aan het herstelrecht ontmoedigd.’
Mediator Roelofs kan zich dat voorstellen. ‘Advocaten moeten een compensatie krijgen voor hun werkzaamheden in een mediationtraject. Nu bestaat er een antiprikkel, omdat zij daarvoor niet worden beloond.’

Waterreus zegt: ‘Advocaten zouden voor het werk dat ze besteden aan mediations gewoon betaald moeten worden.’ Er zijn zaken waarbij een officier na afloop van een mediation besluit een zaak te seponeren. Zo blijven zaken die daar niet thuishoren uit het strafrecht. Of mediation zorgt voor een oplossing op maat. Waterreus: ‘Het is fantastisch werk dat advocaten hierin doen. Iedereen is erbij gebaat.’
Voor de verdachte en het slachtoffer is een mediationtraject vaak te adviseren, zegt Xander Sijmons, Myra’s advocaat. Doordat de advocaten in de scooterzaak de schadevergoeding gedurende het mediationtraject hadden geregeld, hoefde deze niet meer op de zitting te worden behandeld. Sijmons: ‘Ik ben daardoor gekort in mijn vergoeding van de Raad voor Rechtsbijstand, omdat al mijn werk als advieswerkzaamheden werd gezien. Een traditionele strafzaak, zonder mediation, levert me financieel meer op.’
Ook mediators doen hun werk vanuit idealistisch perspectief. Per afgeronde mediation krijgen twee mediators ieder 400 euro. Daarvoor bereiden ze zich voor en voeren ze drie gesprekken. Hun reistijd en -kosten worden ook niet vergoed. Roelofs: ‘Ik zie mediation als een kwalitatieve ontwikkeling binnen het strafrecht. Ik doe het werk omdat ik erin geloof. En omdat ik er ander werk naast doe, kan ik ervan rondkomen. Maar het is een beperkte vergoeding die je ervoor krijgt.’
Uitermark onderstreept dat mediation in het strafrecht nog volop in ontwikkeling is. ‘Op dit moment worden er ongeveer 1500 strafzaken per jaar verwezen naar mediation en dat is relatief weinig. Er is nog geen fijnmazige financiële structuur voor. Maar de minister is er positief over. Dat betekent dat er een voedingsbodem voor groei is en er aandacht kan worden gevraagd om financiële prikkels die belemmerend werken weg te nemen.’
Toekomst
Vanwege de bedreiging is Dennis afgekeurd bij een opleiding van Defensie. ‘Ik wil niet dat de bedreiging jouw toekomst beïnvloedt,’ zegt Myra als ze dat hoort. Tijdens de zitting voor de kinderrechter, vier dagen na het gezamenlijke gesprek, hoeft er geen aandacht meer te worden besteed aan de schadevergoeding. Daarover zijn in de mediation afspraken gemaakt.
Het bedrag staat al op de rekening van Myra. Daarmee is voor haar de kous ook af. Maar de kinderrechter staat nog uitgebreid stil bij wat er op die doordeweekse middag in mei is gebeurd, en hoe het zo heeft kunnen gebeuren. In de strafoplegging volgt de rechter de eis van de officier, een taakstraf van honderd uur, waarvan veertig uur voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De officier had aanvankelijk een taakstraf van honderdtwintig uur willen eisen, en voorwaardelijke jeugddetentie. Maar door de geslaagde mediation ziet hij daarvan af.
De namen van de betrokken partijen zijn om privacyredenen gefingeerd.
Budget
Mediation in het strafrecht begon in 2010 als pilot bij de Rechtbank Amsterdam. Sinds 2019 is er structureel budget voor opgenomen in de justitiebegroting. Het bedrag van 1.029.000 euro voor mediation in het strafrecht en 300.000 euro voor mediation in jeugdzaken bleek in dat jaar echter niet genoeg te zijn. In de begroting voor 2020 heeft de minister 1.329.000 euro opgenomen voor mediation in strafrecht, waaronder jeugdzaken. ‘Mocht ook in 2020 het aantal mediations hoger blijken dan past binnen het beschikbare budget, dan zal ik met de Landelijk coördinator Mediation in Strafzaken bespreken op welke wijze de beschikbare middelen zo effectief ingezet kunnen worden,’ schreef de minister november 2019 in antwoord op Kamervragen van SP-Kamerlid Van Nispen.