Geachte redactie,
In Advocatenblad 2020/5 staat een interview met mr. Hagedoorn over de procedure die hij voert tegen het Stedelijk Museum over de restitutie van een schilderij van Kandinsky. Daargelaten de rest van zijn betoog meen ik dat een van zijn beweringen niet zonder tegenspraak mag blijven. Hij noemt als sterkste troef dat (vier) leden van de Restitutiecommissie banden hebben met het Stedelijk die genoemd hadden moeten worden. Die bewering is pertinent onjuist. Twee leden hebben geen idee welke banden dit zouden kunnen zijn, een was twintig jaar geleden lid van de Businessclub en een behoort tot een advocatenkantoor dat in het verleden een schenking heeft gedaan aan het museum. In beide gevallen kan met geen mogelijkheid worden aangenomen dat daarmee de onafhankelijkheid van een van de leden van de RC ter discussie kan staan. Wat beide andere leden betreft is er zelfs geen begin van een concreet vermoeden.
Hoogachtend,
A. Hammerstein, voorzitter van de RC.