Misdaadjournalist Peter R. de Vries mag gebruik maken van de geheimhouderstelefoon van zijn werkgever, ook al is hij zelf geen advocaat. Dat heeft het gerechtshof Den Haag dinsdag geoordeeld.
De uitspraak betrof het hoger beroep van een zaak die misdaadverslaggever Peter R. de Vries en advocaat Peter Schouten tegen de Nederlandse staat hadden aangespannen.
De Vries is in dienst van het advocatenkantoor van Schouten en staat als vertrouwenspersoon in het Marengoproces kroongetuige en verdachte Nabil B. bij. Volgens het OM mag De Vries daarvoor echter niet de geheimhouderstelefoon van Schouten gebruiken, omdat hij geen advocaat is.
In een kort geding bepaalde de voorzieningenrechter vorig jaar al dat De Vries, als medewerker van het kantoor, echter wel de mogelijkheid moet hebben om de telefoon te gebruiken en daarmee niet te worden afgeluisterd. Het hof bevestigt nu dat De Vries inderdaad een afgeleid verschoningsrecht heeft voor alle werkzaamheden die hij in dienst van Schouten Advocaten Legal voor de kroongetuige verricht.
Volgens advocaat Schouten biedt de uitspraak van het hof advocatenkantoren de ruimte een mediastrateeg in dienst te nemen die ook het recht heeft op gepriviligieerde communicatie.