Een stagiair uit arrondissement Amsterdam van wie de stage in 2019 werd geschorst doordat zijn patroon het patronaat beëindigde, schreef zich vervolgens in in Den Haag.
Er begonnen klachten binnen te komen over mr. X. Boog de deken in Amsterdam zich erover, dan had dat volgens mr. X in Den Haag moeten gebeuren. Klaagde men in Den Haag, dan was volgens mr. X Amsterdam het juiste forum.
Voor de mondelinge behandelingen van de tuchtzaken vroeg mr. X telkens om uitstel. Kreeg hij dat niet, dan volgde vlak voor de zitting een wrakingsverzoek. Het hof bepaalde in enkele zaken dat dergelijke verzoeken niet meer zouden worden behandeld vanwege misbruik van procesrecht.
In twee recente zaken probeerde mr. X het wederom, maar nu overweegt het hof al bij poging één, onder verwijzing naar de eerdere zaken, dat men zich er niets van aantrekt.
Geschorst
De ene zaak betrof een onder bewind gestelde cliënt bij wie mr. X het deed voorkomen alsof hij zijn hogerberoepzaak aan het behandelen was, terwijl hij geschorst was en ook helemaal geen hoger beroep heeft ingesteld.
In de andere zaak bood mr. X (naar wordt aangenomen) de cliënt ten onrechte niet de mogelijkheid van een toevoeging en verzuimde hij een verzoekschrift wijziging alimentatie te onderbouwen met documenten. Na het schorsen van de stage informeerde hij de cliënt niet over een aanstaande zitting, noch regelde hij een vervanger.
Mr. X kon er niks aan doen, vond hij. Zijn stage was toch geschorst? Hij had wel vervanging gezocht maar niet gevonden, dus had de Orde het moeten regelen. Voor de vraag of hij de zaken inhoudelijk niet goed had gedaan moest volgens hem een deskundige worden benoemd.
Onderbezetting
Het hof wijst erop dat een advocaat zelf verantwoordelijk is voor zijn vervanging. En hij moet de cliënt zelf op de hoogte vertellen dat hij de zaak niet meer kan doen (ECLI:NL:TAHVD:2019:178). Het hof kon ook zonder deskundige wel vaststellen dat mr. X had gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die van een advocaat mag worden verwacht. En dan had mr. X ook nog na de schorsing de schijn gewekt nog bevoegd te zijn.
Mr. X is inmiddels dus al van het tableau, maar krijgt alsnog tweemaal een schorsing van 52 weken waarvan 26 voorwaardelijk (ECLI:NL:TAHVD:2022:101 en ECLI:NL:TAHVD:2022:102).
Al die zaken, al die wrakingen, terwijl er op de site van het hof een verontrustende mededeling staat: er kunnen geen mondelinge behandelingen meer worden ingepland vanwege onderbezetting van de griffie. In de Q&A staat zelfs: ‘Op dit moment liggen alle zaken stil’. In september hoopt men de boel op orde te hebben. Daar is wel echt iets aan de hand.