Volgens Yeşilgöz wordt de wet meer bij de tijd gebracht als het gaat om digitale ontwikkelingen en de huidige seksuele normen. Zo wordt seksueel contact met iemand waarvan je weet of moest vermoeden dat die ander niet wilde strafbaar als een vorm van aanranding of verkrachting. Ook wordt seksuele intimidatie, in het openbaar (offline en online), strafbaar. Daarop is maximaal drie maanden hechtenis gesteld. Daarnaast komt er maximaal twee jaar gevangenisstraf te staan op sexchatting: het seksueel benaderen van kinderen onder de 16, bijvoorbeeld door het sturen van online berichten.

Ondergrens

Feitelijk wordt in het wetsvoorstel de ondergrens verlaagd voor strafbaarheid van verkrachting en aanranding.  In beide delicten wordt uitgegaan van een schuld- en een opzetvariant. Voor strafbaarheid in de opzetvariant is leidend of degene die seksuele handelingen met het slachtoffer verrichtte, wist dat bij de ander daartoe de wil ontbrak en toch doorzette. In tegenstelling tot het huidig recht zijn dwang, geweld en bedreiging hierbij strafverzwarende omstandigheden, maar niet langer vereist voor een veroordeling.

Van de schuldvariant is sprake indien iemand duidelijke signalen van een ontbrekende wil bij de ander helemaal verkeerd heeft ingeschat, door er ten onrechte van uit te gaan dat de wil tot seksueel contact bij die ander wel aanwezig zal zijn. ‘De initiator moet alert zijn of de ander hetzelfde wil. Is er reden voor twijfel dan moet worden geverifieerd of die ander daadwerkelijk instemt met seksueel contact’, aldus het ministerie van Justitie en Veiligheid in een persbericht.

Voor de uitvoering van de nieuwe wet wordt structureel 20 miljoen euro uitgetrokken. Yeşilgöz laat onderzoeken of op lokaal niveau naast de politie buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) kunnen worden ingezet bij het tegengaan van seksuele intimidatie op straat. De minister wil de nieuwe wet in 2024 in werking laten treden.

NOvA

Het wetsvoorstel komt in een aantal opzichten niet tegemoet aan de wensen van de NOvA. Die had onder meer geadviseerd van allerlei schuldvarianten. Alleen het opzettelijk plegen van seksuele handelingen tegen de kenbare wil van de ander zou strafbaar moeten zijn, aldus de NOvA. ‘De schuldvariant maakt strafrechtelijk verwijtbaar gedrag snel te onvoorzienbaar. Via het ruime ‘voorwaardelijk opzet’-begrip voorziet het nieuwe opzetdelict ‘seks tegen de wil’ voldoende in de wens van de minister om gedrag dat volgens de huidige maatschappelijke normen strafbaar gesteld zou moeten worden, ook inderdaad strafbaar te stellen. Toevoeging van een schuldvariant brengt het strafrecht te veel in de richting van een vorm van risicoaansprakelijkheid.’

 

Advertentie