Mr. X stond een strafcliënt bij op basis van een ‘ambtshalve toevoeging’ (art. 39, 40 en 41 Sv). Op zeker moment ontving hij bericht van de Raad voor Rechtsbijstand dat die de toevoegingsvergoeding op de cliënt zou gaan verhalen, op grond van de Maatregel kostenverhaal draagkrachtig veroordeelden. Mr. X deed niks met die brief.

Ongegrond

De cliënt klaagde bij de raad van discipline Arnhem-Leeuwarden dat mr. X hem hem bij aanvang van de zaak had moeten vertellen over die verhaalsmogelijkheid. De voorzitter achtte de klacht kennelijk ongegrond: het was aan de Raad voor Rechtsbijstand om de cliënt hierover te informeren.

Maar de cliënt ging in verzet en bij de voltallige raad kreeg mr. X een waarschuwing.

Mr. X was het er niet mee eens. Bij een ambtshalve toevoeging ben je als advocaat niet degene die om toevoeging vraagt, maar is het de rechtbank die de Raad opdraagt een toevoeging te verstrekken. De advocaat heeft ook met de terugvordering helemaal geen bemoeienis. Het is aan de Raad om de cliënt op de hoogte te stellen, aldus mr. X.

Wezenlijke gevolgen

Het Hof is het daar niet mee eens. Een advocaat moet zijn cliënt op de hoogte brengen van belangrijke informatie (Gedragsregel 16). Sinds 1 maart 2017 kan de Raad bij een onherroepelijke veroordeling van een cliënt de kosten van de ambtshalve toegevoegde advocaat verhalen, als de financiële draagkracht van de cliënt boven de toevoegingsgrens ligt (zie art. 43 lid 3 Wet op de Rechtsbijstand en de Kenniswijzer van de Raad). Gezien die mogelijke wezenlijke financiële gevolgen is sprake van belangrijke financiële informatie waar de advocaat de cliënt op moet wijzen.

De NVSA heeft de leden in 2017 ook geadviseerd deze informatie in hun algemene voorwaarden en opdrachtbevestigingen op te nemen.

Daar kwam nog bij dat de Raad in dit geval een brief had gestuurd die specifiek op deze cliënt van toepassing was. Dat had voor mr. X aanleiding moeten zijn om de cliënt alsnog te informeren.

Nieuw onderdeel

De klacht van de cliënt is dus gegrond. Maar, zegt het Hof, het gaat hier om een nog vrij nieuw onderdeel van de Wet op de Rechtsbijstand waarvan nog niet eerder uitgemaakt is dat de advocaat informatieplichtig is. Bovendien had mr. X de cliënt willen aanbieden de kosten zelf te dragen, maar had de cliënt zijn onvrede zonder die eerst met mr. X te bespreken omgezet in een klacht. Ook stelde mr. X inmiddels de cliënten die het betrof wel op de hoogte. Daarom kreeg mr. X geen maatregel opgelegd.

Met deze uitspraak gelden alle strafadvocaten als gewaarschuwd.

 

Trudeke

Trudeke Sillevis Smitt

Freelance redacteur

Profile page
Advertentie