In één week lezen we dat schrijver Pim Lammers vol applaus wordt ontvangen op het Boekenbal, dat Marco Borsato niet wordt vervolgd na de aangifte verband houdend met gedrag bij The Voice of Holland en Ali B. en Jeroen Rietbergen wel, en dat de Hoofdredactie NOS Sport per direct aftreedt vanwege wanstanden op de werkvloer. Media hebben het er maar druk mee, met de schandalen. BN’ers komen continue in opspraak en steeds weer is er een publicatie of televisie-uitzending over die ene directeur of presentator die tóch niet zo aimabel (b)lijkt te zijn als het publiek dacht. Wat mensen publiekelijk wordt aangewreven gaat ook steeds verder. Zo is de één na de ander, als je publicaties moet geloven een racist, verkrachter, aanrander, pedofiel of geweldenaar.

Vakdeformatie of niet: de terechte vraag ligt voor of al die aantijgingen steun vinden in het beschikbare feitenmateriaal, zoals de rechtspraak verlangt. Ben je niet onschuldig tot bewijs van het tegendeel? Oftewel: is alles wat in de schoenen geschoven wordt wáár en is daar bewijs voor? Of is het trial by media en niet meer dan dat? Verder: als het achteraf niet waar blijkt en iemand ten onrechte beschuldigd is, hoe neem je de schade dan weg en zorg je voor eerherstel op een wijze die passend is?

Het zijn vragen waar in het kader van media-uitingen en scoops vaak geen aandacht aan wordt besteed. Ook slaan advocaten deze vragen nogal eens over, zélfs in gerechtelijke procedures. Er wordt veel gesteld maar niets of nauwelijks bewezen. Terwijl dat wel zou moeten, vóórdat de uiting wordt gedaan. Dat is de kern. Als de rechter er aan te pas moet komen, is het kwaad meestal geschied.

Juridisch kader: afweging van grondwettelijke belangen

Voor de achtergrond en toetsing in zaken als deze eerst kort iets over het juridisch kader. Er moeten vrijwel steeds twee hoogwaardige belangen tegenover elkaar worden afgewogen. Ik ga dan uit van grievende, negatieve uitlatingen die iemands persoonlijke levenssfeer lijken aan te tasten. Of die de vrije meningsuiting van een ander beperken. Het gaat dan om de afweging tussen het belang van bescherming van de persoonlijke levenssfeer aan de ene kant tegenover dat van de vrije meningsuiting aan de andere kant. Deze af te wegen belangen zijn grondwettelijk verankerd. Ook vinden ze hun grond in het EVRM.

Genoemde ‘steun in het beschikbare feitenmateriaal’ is één van de belangrijkste toetsen die daarbij wordt aangelegd. Met de centrale vraag: is er bewijs? In het bekende Gemeenteraadslid-arrest uit 1983, een standaardarrest in de mediapraktijk, oordeelde de Hoge Raad dat bij de afweging echter alle omstandigheden van het geval moeten worden meegewogen. Dat kunnen er, naast steun in het beschikbare feitenmateriaal, nogal wat zijn. Denk aan aard en ernst van de aantijgingen of verdenkingen, context, inkleding, schade die wordt veroorzaakt, maar ook bijvoorbeeld het belang bij openbaarmaking van de aantijging. Ook het speelveld waarbinnen dit vraagstuk speelt is relevant. Is de groep van mensen die kennis neemt van een aantijging groot of klein, is er zorgvuldig onderzoek gedaan, is wederhoor gepleegd?

Vertrouwenspersonen en sensitivity readers

Niet alleen media houden zich met alle schandalen bezig, dat is inmiddels duidelijk. Terwijl het aantal vertrouwenspersonen is toegenomen sinds de vele MeToo-kwesties (denk aan The  Voice), de hoeveelheid ‘verdachte situaties’ op de werkvloer toeneemt en artiesten als Marco Borsato nog steeds nergens zijn muziek gedraaid krijgt (zonder dat vaststaat óf en wát hij heeft gedaan), ontstaat er alweer een nieuwe beroepsgroep. Ik doel op sensitivity readers.

Sensitivity readers lezen teksten na op mogelijk aanstootgevende passages, let wel: naar het huidige tijdsgewricht. Naar mijn bescheiden mening denk ik dat de conclusie gepast is dat dat huidige tijdsgewricht gevoeliger en preutser lijkt dan ooit. Het kan terecht voorkomen dat auteursrechtelijke werken moeten worden aangepast, omdat ze niet meer passen in het huidige tijdsbeeld of maatschappelijke ontwikkelingen. Denk aan discussies rondom het slavernijverleden of zwarte piet. Maar dat vergt wél nuance. En (gevoel voor) realiteit. Die ontbreken naar mijn mening als zelfs Adidas-advertorials met (bloot afgebeelde) borsten (volgens recente uitspraak van de Britse Reclamecode commissie) en ook grappen worden gecensureerd (behalve die van Hans Teeuwen, daar zorgt hij wel voor). Met een beroep op de vrije meningsuiting van de één wordt die van de ander beperkt.

Afhankelijk van de sensitivity reader worden ook boeken of series geboycot. Die circuleren in stapels op Marktplaats. Zo wordt ook een schrijver als Roald Dahl postuum gecensureerd. Want mensen mogen niet meer ‘dik en lelijk’ zijn, was recent de teneur in de media. Het bleek gelukkig genuanceerder. Wat echter blijft hangen is dat zijn boeken niet meer passen bij de huidige tijd en de gewenste onderlinge bejegening. Dus zijn vrije woord moet wijken voor het oordeel van een sensitivity reader? Is gevoeligheid en lichtgeraaktheid debet aan deze censuur en cancelcultuur? Het laat tenminste de indruk achter dat je als aantredend schrijver bij voorkeur zoete verhalen moet schrijven die zich afspelen in een Sprookjesbos vol genderneutrale elfjes. En sla dan vooral Holle Bolle Gijs over, want ook die is dik en vraatzuchtig.

Terug naar de sensitivity reader. Wordt er niet te veel over-gereageerd en na-gepraat en rekening gehouden met alles en iedereen, zonder echte verdieping in het onderwerp? Doen we nog wel gedegen onderzoek, lezen we nog echt goed? En zijn we nog wel zo moreel bezig onderling? Het lijkt erop alsof er groepen zijn ontstaan die alleen een titel lezen, liefst online en daarna meteen starten met schreeuwen. Het liefst zo aanmatigend mogelijk, want dan hebben we (ook weer) een scoop. Iemand is direct ‘schuldig’ en doodsverwensingen volgen snel daarna. Niet alleen trial by media maar ook: trial by the public.

Aard van de aantijgingen, wijze van uiting en bereik

Het elkaar betichten van strafbare feiten en ernstige zaken, of het aan de schandpaal nagelen is inmiddels dagelijkse kost. Liefst gekoppeld aan een petitie. Hard erin. En dan graag zó hard dat iemand nog maar één plek heeft om te verblijven: op een geheim adres, met vijf sloten op de deur en de gordijnen dicht. Zonder werk. En zonder dat een rechter hem of haar ook maar op enigerlei wijze schuldig heeft bevonden.

Die ernstige naming & shaming overkomt veel bekende en onbekende mensen. Het overkwam ook Patricia Paay, nadat er een plasseksfilmpje was uitgelekt dat viral ging en als een olievlek over het land uitwaaierde. Ik stond haar bij als media-advocaat tegen GeenStijl en de twitteraar, die het filmpje onrechtmatig hadden verspreid. Openingszin van mijn pleidooi was dat zij dood wilde. Daar was geen woord van gelogen. Weliswaar ging het daar concreet om het beschermen van haar (meest intieme) privéleven, maar de impact was net zoals in de actueler schrijnende gevallen, enorm. Gelaedeerden komen daar soms ook niet of nauwelijks overheen.

De kwestie Pim Lammers ligt ook vers in het geheugen. Hij trok zich terug als schrijver van het Kinderboekenweekgedicht en kreeg doodsbedreigingen. Dit nadat Monique Smit (het zusje van) een hetze op social media was gestart. Hij had in het verleden een verhaal geschreven over een relatie tussen een kind en zijn voetbaltrainer. Zo’n ‘viezerik’ en ‘pedofiel’ liet je dan toch geen gedicht schrijven voor de Kinderboekenweek, dat was het portee van de berichten. Insteek: je bent waarover je schrijft? Gelukkig kreeg Lammers bijval van schrijvend en uitgevend Nederland. Hij droeg het gedicht dat hij voor de Kinderboekenweek schreef zelfs vorige week alsnóg eenmalig voor, geheel onverwacht tijdens het Boekenbal. Maar de aantijging loog er niet om en zijn vrije woord en privéleven kwamen in het gedrang. Geïnterviewden op de rode loper bij het Boekenbal zeiden zelfs dat ze “zichzelf tegenwoordig censureren”. En drie keer nadenken voor ze iets opschrijven en hóe ze het opschrijven.

Nu is tot grote verbazing ook Margi Geerlinks aan de beurt. Een (inter)nationaal geroemd fotografe die voor kranten fotografeert, maar ook vrij werk maakt. Werk dat maatschappelijk thema’s raakt, oproept tot een gesprek of aandacht vraagt voor ziekte zoals Alzheimer. Zo fotografeerde ze de moeder van Hugo Borst tijdens haar ziekteproces; de fotoreeks ‘Ma’ is geroemd en geëxposeerd. Ze maakte verder een serie over de maakbaarheid van de mens, de vergankelijkheid van het lichaam en het tot stand komen van identiteit. Ook die werken zetten aan tot dialoog, prikkelen en zijn soms confronterend, zeker als je een menselijk persoon ‘aan de naaimachine’ ziet liggen. Een foto van een 10-jarig meisje dat haar toekomstige borst ‘haakt’ maakt daar deel van uit (Young Lady I, 2001). Overigens haakt het meisje niet echt als je goed kijkt: het haakwerkje is gemanipuleerd en digitaal in de foto gemonteerd. Het werk behoort tot de vaste collectie van Museum Voorlinden.

Uitlatingen politici buiten de politieke arena die de vrije meningsuiting of het privéleven van anderen schenden

FvD raadslid Brigitte Antolini lijkt duidelijk geen museumbezoeker. Ze trof het werk van Geerlinks op de fractiekamer in het gemeentehuis Hoofddorp en vond het ‘weerzinwekkend’. Dit omdat het kinderen zou ‘seksualiseren’ en ‘oproepen tot pedofilie’. Niet de minste uitlatingen en aantijgingen, zeker niet voor een politicus die dit meteen meldt in een krant (Haarlems Dagblad d.d. 1 maart 2023). Wat niet wegneemt dat je een werk lelijk mag vinden of bekritiseren, maar dat heeft wel een grens. Het werd nog kwalijker toen partijgenoot Baudet, fervent en veroordeeld twitteraar, er een tweet achteraan gooide met de hashtags #stemzeweg en #stopWOKE en de tekst: ‘stop de normalisering van pedofilie’. Met daarbij een foto van het werk, dan was maar duidelijk wat zo schandelijk is.

Dit kun je moeilijk anders zien dan een publieke, aanmatigende beschuldiging van de normalisering van pedofilie, zonder dat er ook maar één rechtvaardigingsgrond voor bestaat. Daar hoef je geen advocaat voor te zijn. Het is ook bij uitstek het misbruiken van de vrije meningsuiting om die van een ander te beperken. Oftewel: de cancelcultuur pur sang. Als je de grondwettelijke belangenafweging hierop zou toepassen is vrij snel duidelijk wie aan het langste eind trekt. Maar dat is achteraf.

Naar mijn mening zou zwaar gewicht moeten worden toegekend aan wie de uiting doet, zéker als het een politicus betreft. Dat zou moeten doorwerken in de hoogte van de schadevergoeding (zie hierna). Een raadslid zoals hier (en ook in Gemeenteraadslid) moet zich vrijelijk kunnen uiten in het politieke debat (politieke immuniteit). Dat is de hoofdregel, verankerd in de Gemeentewet, en die maakt dat een raadslid niet strafrechtelijk kan worden vervolgd of civielrechtelijk aangesproken voor wat hij in een raadsvergadering zegt. Maar, en dat is hier belangrijk: dat geldt niet buiten die politieke arena. Daar moeten Antolini en haar bekende partijgenoot op hun woorden passen, als ieder ander.

Een politicus is een hoge boom die veel wind vangt, en zelf veel moet dulden, maar die heeft óók veel bereik en invloed. En een achterban. Oftewel: zo’n groep. Een grove beschadiging en ernstige aantasting van iemands persoonlijke levenssfeer is zo gebeurd en de gevolgen zijn niet te overzien. Beschuldigingen als deze zijn dan ook niet alleen onrechtmatig, maar er kan ook (strafrechtelijke) aangifte van smaad en laster worden gedaan. Twee wegen die – mijns inziens terecht – steeds vaker hand in hand gaan.

Rechtsmaatregelen

Hoe lopen dit soort kwesties vaak af? Het antwoord is: vaak (helemaal) niet. Tegenover een zich makkelijk uitende, aanmatigende politicus is voor een schrijver of fotografe de drempel  om een rechtszaak te starten hoog. Ook vanwege de bij-effecten daarvan. En dan doel ik op hoge juridische kosten, negatieve energie en de impact op je leven, waaronder voortdurende bedreigingen. Mogelijk wordt die drempel lager, als een gelaedeerde weet dat schadevergoedingen hoger kunnen uitpakken. En dat deze minimaal opwegen tegen de kosten. Ik zou daar graag voor pleiten en ik denk ook dat daar ruimte voor is binnen bestaande wetgeving en lijn in de rechtspraak, zij het dat die niet onbeperkt is.

In de vele rechtszaken over dit onderwerp zijn de meest voorkomende vorderingen een verbod (‘staken en gestaakt houden’), rectificatie en schadevergoeding (afhankelijk van of het een kort geding is, kan dat een voorschot zijn). Zo’n rectificatie kan ook worden opgelegd voor twitter en ieder ander medium.

De hoogte van toegewezen schadevergoedingen is weliswaar iets toegenomen afgelopen decennia, zij het stapsgewijs. Logisch, op zich. Vroeger (jaren ’90, begin 2000) bestonden alleen de papieren Story, Privé en Quote en nu zijn deze magazines aangevuld of vervangen door internet, juicekanalen incluis. Daarmee is het bereik en de indringendheid veel groter geworden, zeker als je meeweegt dat een publicatie snel viral gaat. Desondanks blijft een schadevergoeding met een hoogte als toegekend aan Paay (€ 30.000,-) een uitzondering en als je bedenkt hoe indringend haar privésfeer is aangetast, vind ik dat (veel te) laag. Zeker als er niets valt te ‘rectificeren’. En er geen ruimte is in dit soort perszaken voor een volledige (proces)kostenveroordeling; dat speelt immers alleen bij IE-zaken conform 1019h Rv. of als bijvoorbeeld sprake is van misbruik van (proces)recht. Dus dat moet anders, als het aan mij ligt en dan bij voorkeur met oplopende vergoedingen en een uitbreiding van (ook) de mogelijkheden in kort geding. Zodat schade ‘sneller en realistisch’ kan worden gecompenseerd.

Los daarvan zou het ook lonen als de opvolging van een (strafrechtelijke) aangifte sneller verloopt. Uitzonderingen daargelaten, is ook die drempel voor een burger hoog en heeft een aangever vaak het idee dat er toch weinig gebeurt. Of dat hij of zij dan extra gevaar loopt en bedreigt wordt. En dat het lang duurt. Harder en sneller optreden tegen onrechtmatige aantijgingen, met vertrouwen in het justitieel apparaat, moet een reële optie zijn als je ten onrechte aan de schandpaal gaat. Want de mensen die het overkomt, zonder dat er vuur is, blijven de rook altijd zien en voelen. Onrechtvaardig en een ondermijning van de rechtstaat, die we met zijn allen zouden moeten willen bewaken. Want de rechtstaat, dat zijn wij allen.

Ook ligt hier overigens een rol voor de media en voor de advocaten en bedrijfsjuristen die betrokken zijn voorafgaand aan publicaties. Want het Haarlems Dagblad tekende hier klakkeloos de woorden op uit de mond van de politica, zonder wederhoor. Dan moet toch op zijn minst bij iemand door het hoofd schieten dat er een fotografe van ernstige misstanden  wordt beticht. En dat zorgvuldigheid geboden is. Maar vooralsnog gaat het dagblad vrijuit. Net zoals Monique Smit. Ja waarom? Het antwoord staat hiervoor… Dus laat die frisse wind en doortastende rechters maar komen, en snel graag!

Charissa Koster (DayOne advocaten) is media-advocaat sinds 1999.

 

Advertentie