De hoge inflatie van de afgelopen jaren heeft tot de nodige discussie geleid tussen minister, advocatuur en de Tweede Kamer over de vergoedingen voor sociaal advocaten. Zowel de Kamer als de advocatuur dringt aan op een inflatiecorrectie die overeenkomt met de werkelijkheid.
Geldontwaarding
Vooralsnog is daar geen sprake van. In 2022 bedroeg de inflatie 10 procent, maar per 1 januari steeg het punttarief slechts met 0,67 procent naar €120,20. Dat komt doordat het ministerie het nieuwe punttarief steeds baseert op het inflatiecijfer van twee jaar eerder. Ten tijde van een stabiele euro is dat geen probleem, maar met een snelle geldontwaarding gaat de puntvergoeding de facto omlaag.
Minister Weerwind verdedigt zich tot dusver tegen de kritiek met de stelling dat het niet mogelijk is om zomaar over te stappen op een andere rekenmethode. In zijn brief aan de Kamer licht hij dat verder toe. De bewindsman toont een aantal andere rekenmethodes, maar stelt dat ook die nadelen met zich meebrengen. Terugkijkend zou bij elke alternatieve rekenmethode in sommige jaren de indexering lager zijn uitgepakt dan nu het geval is geweest. Dat komt doordat in de huidige systematiek niet alleen de inflatie maar ook de loonkosten worden meegewogen. Vaak dempt dat de indexering, maar soms zorgt het juist voor extra verhoging.
Begrotingsproces
Hoewel hij het niet met zoveel woorden zegt, lijkt Weerwind niet van zins de bestaande indexeringsmethode in te ruilen voor een andere. Er is sowieso geen geld voor beschikbaar, laat hij weten. ‘Mocht er voor een andere wijze van indexering worden gekozen, dan zullen de financiële gevolgen van dit alternatief nog moeten worden doorgerekend en worden meegenomen in het reguliere begrotingsproces. Voor een andere wijze van indexering zijn op dit moment geen structurele middelen beschikbaar.’
Uitgaande van de bestaande systematiek, verwacht Weerwind een indexering van 5,29 procent per 1 januari 2024. In zijn begroting voor het volgend jaar heeft de bewindsman door ook al rekening mee gehouden. Daarin is 619 miljoen euro gereserveerd voor toevoegingen, 29 miljoen euro meer dan dit jaar. De Tweede Kamer buigt zich pas na de verkiezingen van 22 november in een nieuwe samenstelling over de justitiebegroting.