De rechter zegt vertrouwelijk kennis te hebben genomen van de voorgenomen perspublicatie, gebaseerd op geluidsopnamen gemaakt door Peter R. de Vries. Op basis daarvan concludeert de rechter dat de bescherming van de rechten van anderen en het voorkomen van de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen zwaarder wegen dan het belang van de persvrijheid.
Het volledige vonnis is niet openbaar gemaakt. Volgens de rechtbank zou het opgelegde publicatieverbod dan zinloos zijn.
Volgens De Vries zijn de geluidsopnamen gestolen uit de telefoon van zijn vader en gaat het om strikt vertrouwelijke gesprekken tussen geheimhouders: twee advocaten en een kantoordirecteur (Khalid Kasem, Royce de Vries en Peter R. de Vries). Bovendien zou een nieuwe publicatie de veiligheid van De Vries in gevaar brengen.
De Amsterdamse deken Barbara Rumora-Scheltema zegt in een mededeling blij te zijn dat de rechter heeft geoordeeld dat in dit geval het belang van de rechten van anderen en de vertrouwelijkheid zwaarder weegt dan het belang van publicatie.
De deken laat weten te zijn tussengekomen in het kort geding. ‘Een tussenkomende partij voegt zich niet aan de zijde van een van beide procespartijen, maar heeft een eigen belang. Het belang in dit geval betrof enerzijds de bescherming van de rechten van anderen, anderzijds het voorkomen van de verspreiding van vertrouwelijke mededelingen. Informatie die advocaten in hun hoedanigheid als advocaat hebben ontvangen is vertrouwelijk.’
Rumora-Scheltema zegt verder dat inmiddels met diverse betrokkenen is gesproken en veel informatie is verzameld, en dat ze verwacht in de loop van februari nadere mededelingen te kunnen doen.
De Rijksrecherche liet eerder deze week weten oriënterend onderzoek te doen naar de vermeende omkoping door Kasem van een DJI-ambtenaar. Van een strafrechtelijk onderzoek op basis van een verdenking is volgens een woordvoerder geen sprake.